Welkom


Welkom op mijn trektochten- en wandelweblog. Na maanden van trainingswandeltochten maak ik eenmaal per jaar een trektocht. Meestal in de bergen. Het verslag daarvan zet ik op dit weblog. In 2011 heb ik er voor gekozen ook de dagwandelingen in aparte blogberichten te publiceren. Tegelijkertijd rijg ik die berichten op een afzonderlijke pagina aaneen tot een compleet verhaal. (Zie de rechter kolom). Mijn bedoelingen met deze verhalen staan te lezen in 'Over mij', hieronder in de linker kolom. Veel lees- en kijkplezier.
Groet Frans

woensdag 30 augustus 2023

Trektocht Alpe Adria Trail 2023: van Gabrovizza, 4 km voor Prosecco, naar Banne bij Opicina

   Donderdag 10 augustus 2023, wandeldag 3

van Gabrovizza, 4 km voor Prosecco, naar Banne bij Opicina
4 uur inclusief pauzes
 ± 12 km, ± 150 m klimmen en ± 20 m dalen
temperatuur 's middags 27 graden

Golf van Trieste vanaf de Strada Napoleonica

Strada Napoleonica

Zo lig je in het veld onder een half bewolkte sterrenhemel en zo loop je halverwege de nieuwe ochtend over de schitterende Strada Napoleonica, een prachtig wandelpad hoog op de rotskust tussen Prosecco en Opicina met een overweldigend uitzicht over de Golf van Trieste. En maar foto's maken van de panorama's, schepen voor anker, een schip dat binnengeloodst wordt, een cruiseschip aan de kade, enkele zeilschepen en grotere jachten en een foilende windsurfer die er tussendoor racet. Genoeg om iedere keer weer over de railing te hangen of rustig op een bank te zitten kijken hoe alles langzaam voor me beweegt op dat grote blauwe gladde vlak.
Prosecco
Vanochtend ben ik pas om halfzeven uit mijn slaapzak gekropen. Het is dan al minstens een uur licht, maar op dit tijdstip verwacht ik geen pottenkijkers in deze wei. Ik doe rustig aan want het is maar twaalf kilometer naar Banne waar ik mij eindelijk op wandeldag drie bij een hotel kan inchecken. Banne staat bovendien al op mijn thuis geplande etappeoverzicht als mogelijk dageindpunt. Makkie dus vandaag.
Eerst een Duits krachtontbijt met jam en dan op het gemak die paar kleren aantrekken en de rest in de rugzak stapelen. Het leven van een nomade past op een vierkante meter.

De eerste kilometer gaat net als gisteren wat stram. De routemarkering ook. Al na anderhalve kilometer is er bij een afslag in het bos een teken vergeten of verdwenen. Na vijfhonderd meter te ver doorlopen met een vraagteken weer terug en met aanvullend zoeken de goede afslag gevonden. Hup weer een kilometer extra. Soms lijkt het of die bordjes erg duur zijn zo spaarzaam zijn ze hier uitgezet. Een handicap waar ik de komende dagen steeds meer tegenaan loop. Ook op dit voormalige oefenterrein van een Oostenrijks-Hongaars regiment uit de Habsburgse tijd. Toen is het waarschijnlijk een open oefen- en schietterrein geweest. Nu is het, net als de vele voormalige weides die ik passeerde, volledig terugveroverd door de natuur en helemaal begroeid met bomen, kortom een bos. Overal zie je in die nieuwe bossen oude muurtjes als relicten uit het agrarische verleden.
In Prosecco loop ik weer eens tegen een AAT-informatiepunt. Ik zit dus goed. Ook zie ik weer een openbaar fonteintje. Opvallend is de rode ster achter het kraantje. Het doet denken aan de rode sterren uit de Joegoslavische tijd of nog eerder van de partizanen uit de Tweede Wereldoorlog. Op allerlei wijzen wordt je hier herinnerd aan het Slavische verleden van deze streek. Naast tekens op monumenten ook de tweetalige namen op straatborden en het dialect dat de mensen onderling spreken.
Dit zie ik bij binnenkomst in Prosecco allemaal wel, maar waar ik op rekende, veel wijngaarden, zie ik niet. Niets wat ik zie legt een relatie tussen dit stadje en de bekende wijn. Apart. Dan maar een cappuccino en een tweede ontbijt in een soort cafetaria met gokautomaten waarop om negen uur 's ochtends al uitgebreid geld wordt verloren. In een mini-mini supermarkt sta ik na het ontbijt binnen de minuut weer bij de kassa met een cola en een tonijnsalade. Nog een foto van de kerk en ik zet koers naar de uitgang van Prosecco.
Strada Vincentina
De uitgang van Prosecco is twee kilometer lang langs een drukke tweebaansweg met aan weerszijde oude flats. Des te aangenamer en verrassender wordt de route als deze tweebaansweg het binnenland in vlucht en de route rechtdoor via een parkeerplaats de Strada Vincentina bereikt. Vincentina is de officiële naam voor de Strada Napoleonica. Het was de naam van de ingenieur die dit wandelpad langs de kust bedacht.
Al op de parkeerplaats, nog voor het eigenlijke wandelpad, maak ik de eerste foto's. Even wordt ik afgeleid door klimmers die op de steile klif hun sport bedrijven. Foto na foto komt Trieste dichterbij. De vijf kilometer over dit druk bewandelde pad zijn voorbij voordat ik er erg in heb.
Banne
Na het passeren van de zogenaamde Opicina Obelisk en de oversteek van de steile trambaan tussen Trieste en Opicina heb ik het pad weer voor mij alleen. Nog een half uur met hier en daar een blik over Trieste tot ik afsla naar de andere, de oostflank van deze heuvelrug.
De afdaling naar Banne gaat sneller dan gedacht. Door de korte wandeling van vandaag ben ik om half een bij hotel Alla Valle di Banne. Ruim te vroeg voor de inchecktijd. Een toevallig aanwezig lid van de familie neemt gelukkig wel mijn rugzak in bewaring zodat ik met minder gewicht het nabij gelegen Opicina kan verkennen. Na een half uur lopen tref ik daar een niet opzienbarend centrum. Maar na drie dagen wel voor het eerst geopende restaurants, bars en een gelateria met heerlijk mintijs. Ik kies voor deze vorm van lunchstarter. 
Een kwartier later rond ik mijn bezoek aan Opicina af met een eenvoudige barlunch. Ik hoop dat het hotel ook een restaurant heeft want een extra wandeling naar Opicina gaat mijn enthousiasme te boven.
Alles klopt weer wanneer ik bij terugkeer kan inchecken, een avondmaaltijd kan reserveren, mijn kamer kan betrekken en kan douchen. Nu eerst lekker liggen op bed en kijken naar het WK-wielrennen in Schotland. Na een uur heb ik hele delen gemist, prima bed.
's Avonds in de eetzaal staat mijn tafeltje enigszins apart van de andere tafels. Niet voor straf, maar om mij contact met de tv te bieden. Meedenkende mensen hier. Op mijn verzoek wordt er overgeschakeld naar het sportnet waarop ik Amersfoortse Puck Pieterse de zilveren medaille zie winnen bij het mountainbiken voor vrouwen. Een mooie prestatie die mijn stemming nog meer verhoogd. Zo direct slapen in een echt bed, ook al zo mooi. Laat maar komen deze nacht.


De dagberichten zijn aaneengeregen in een totaalverslag:


Hieronder de verslagen van voorgaande jaren:

(van de Grossglockner naar Döbriach)
(van Döbriach naar Bovec Slovenie)
(van Bovec in Slovenie naar Gradisca d' Isonzo in Italie
en van
Gradisca d' Isonzo naar Muggia)

Mijn ervaringen en tips zijn beschreven in een aparte review

maandag 28 augustus 2023

Trektocht Alpe Adria Trail 2023: van Jamiano naar Gabrovizza, 4 km voor Prosecco

   Woensdag 9 augustus 2023, wandeldag 2

van Jamiano naar Gabrovizza, 4 km voor Prosecco
12 uur inclusief pauzes, rondkijken, eten en zoeken naar een slaapplaats
 ± 27 km, ± 500 m klimmen en ± 250 m dalen
temperatuur 's middags 27 graden



Langs de Adria

Het is een beetje vreemd met de Alpe Adria Trail. De naam laat een wandeling van de Alpen naar de Adriatische Zee vermoeden. Zowel de Alpen als de Adriatische Zee zijn daarbij erg ruim genomen. In Oostenrijk in de Alpen werden al verschillende zijtrajecten ingeslagen voordat de gang naar het zuiden werd ingezet. Ook nu bij de Adriatische Zee worden schijnbewegingen gemaakt. Vandaag bereik ik de kust bij Duino, een mooi moment om zo'n trail de beëindigen zou je denken. 
Maar het eindpunt is pas in Muggia ten zuiden van Trieste bedacht. Waarom? Geen idee. Het zal de komende dagen verschillende keren heel mooi langs de kust gaan om net zo makkelijk weer een uitstapje naar Slovenië te maken. Zo kom je wel aan je kilometers. Dat zal vandaag ook meer dan gedacht lukken.
de eerste kennismaking met deze dag gezien vanuit mijn bivakzak
Eerste contact met de zee
De nacht in mijn bivakzak is ongestoord verlopen. Om zes uur sta ik op om een uur later de laatste tussenliggende helling naar de zee te beklimmen. Over een halfverhard breed pad gaat het in het ochtendlicht rustig omhoog tussen de restanten van zwartgeblakerde boompjes.
Boven neem ik enkele foto's van de naderende kust voordat ik begin aan de flinke afdaling naar zeeniveau. Bij een stuw in het riviertje de Timavo die hier met aardig wat water in zee uitmondt neem ik tijd voor een rust. Ter plekke verbaas ik mij erover waar dat water vandaan komt. Vanuit het niets komt er uit een paar grote duikers een flinke rivier. Dat is op dat moment mijn Nederlandse uitleg. Nu bij het schrijven lees ik dat dit een rivier is onder het poreuze karstgesteente. Met een ondergrondse passage van meer dan veertig kilometer stroomt hij vanuit Slovenië naar hier en komt hij net voor de laatste twee kilometers boven de grond. Het is daarmee de kortste rivier van Italië. Ik kijk rond en geniet van de rust in de schaduw en van een tweede ontbijt. Mijn Duitse zwarte brood met plakken smeltkaas uit de Co-op van Gradisca smaakt prima. 
Zoektocht naar Duino
Het oude vissersdorp, Villagio del Pescatore, heeft nog wel een viswinkel, maar voor de rest liggen er vooral pleziervaartuigen langs de lange kades met vrije toegang naar zee. Langzaam kom ik echt aan de kust met hier en daar een laag zanderig dijkje. In mijn enthousiasme volg ik dit dijkje en moet terugkeren als de zee mij stopt. Naar Duino blijkt er een klim gemaakt te moeten worden door het hoger gelegen bos. Oké, omhoog dan maar, op zoek naar iets waar ik een derde ontbijt kan genieten. Het karige einde van gisterenavond moet gecompenseerd worden, vandaag agressieve bevoorrading. Dat lukt ten slotte bij de stadspoort van Duino. Lekker zo'n cappuccino met een broodje na zeven kilometer.
Villagio del Pescatore
de Adria vlakbij Villagio del Pescatore
een derde ontbijt in Duino
Rilke-pad
Nadat ik twee keer hetzelfde rondje in Duino heb gelopen weet ik de toegang naar het Rilke-pad te vinden. Het is vernoemd naar Rainer Maria Rilke, een Praagse dichter die inspiratie vond voor zijn gedichten "Duino Elegies" toen hij hier aan het begin van de twintigste eeuw te gast was. Ik heb daar beeld bij. Het is mooi wandelen hier over dit klifpad met ver uitzicht over de stille zee tot ver voorbij Trieste. Schitterend. Diverse keren stop ik om te kijken en foto's te maken. 
blik in zuidelijke richting waar Trieste zich vaag aftekent
blik terug naar kasteel Duino
de haven van Sistiana onder je aan het eind/begin van het pad
Het Rilke-pad eindigt bij het dorp Sistiana waarvan ik in de diepte al de baai met de haven heb gezien. Het is er toeristisch druk. Bij gebrek aan een supermarkt bezoek ik langs de doorgaande weg een zogenaamde mini-markt en kies voor een cola en twee biologische, een beetje opgeblazen donuts met een heerlijke uitziende vulling. Ze zijn met zorg verpakt. Bij de kassa kom ik er met gebarentaal achter dat die vulling blijkbaar met goudmeel is gemaakt. Zeven euro per stuk. De cola smaakt ook uitstekend. Samen achttien euro. Met zulke prijzen moet je wel buiten slapen.
eerst maar een rust
Sales
Het dorp Sales heb ik in mijn thuis gemaakte etappeplanning als eindpunt voor vandaag aangemerkt. Met een afstand van tweeëntwintig kilometer vanuit Jamiano leek me dat een mooi dagtraject. De route er naar toe gaat weer helemaal het binnenland in en nadert daarbij de Sloveense grens zo dicht dat KPN mij meldt dat ik ook in Slovenië kan bellen. 
Na een rust gaat het in lage open bossen en enkele wijngaarden van dorpje naar dorpje. Silvia, San Pelagia, Prepotto di San Pelagio, mooie namen van dorpjes die veel gemeen hebben, het is er stil, er is niets te doen en als er een B&B, hotel of agriturisme is zitten ze vol, zijn failliet of met vakantie. Wel zijn verschillende eigenaressen zo attent om contacten in de buurt te bellen. Helaas zonder succes.
het keurig opgeruimde terras van een gesloten agriturisme
Ondanks de onderbrekingen voor het zoeken naar een overnachting schiet het lopen door de bossen lekker op en bereik ik tegen vieren Sales. Wat ik al van Booking weet wordt bevestigd, de agriturisme zit vol. Mentaal bereid ik mij al voor op een tweede nacht in het veld. Het drukt de gemoedstoestand niet echt. Daarvoor is het te mooi weer en te afwisselend om hier rond te trekken. Wel loop ik op aanwijzing van de eigenaresse vijfhonderd meter terug naar wijnproeverij Budin. Niet voor de wijn maar voor een extra groot broodje met dikke plakken ham en kaas en een karaf appelsap. Voorlopig heb ik geen trek meer. De agriturime in het volgende dorp Sgonico kan ik niet vinden. Ik had er geen overnachting verwacht, maar mijn waterzak willen vullen.
Dat doe ik weer twee kilometer verder in het dorp Gabrovizza bij een fonteintje. De buurman bevestigt twee keer dat het drinkbaar is. Dus dan moet het goed zijn. Vijfhonderd meter verder zie ik een aardig paardenweitje zonder hoog gras waar ik mooi uit het zicht kan liggen. Het is halfzeven geweest en heb tegen de 28 kilometer gelopen, genoeg.

Eerst Judith inlichten over de voortgang en de wel erg natuurlijke overnachtingen dit jaar. Tot mijn verbazing staat ineens de Sloveense van gisterenmiddag in 'mijn' wei. Ze heeft vanochtend eerst het kasteel Duino bekeken en is daarom later vertrokken. We wisselen alle overnachtingsmogelijkheden uit. Haar geboekte hotel ligt zelfs nog voorbij Prosecco en zit ook vol. 

Na haar vertrek ga ik me eerst wat verder van het weidehek verplaatsen. Ik was blijkbaar nog zichtbaar. Daarna ga ik op mijn gemak in mijn openluchtkamer op internet verder met zoeken naar een hotel voor morgen. Via een B&B vlakbij Opicina wordt ik verwezen naar een hotel van een startend echtpaar waar ik zowaar voor morgennacht een eenpersoonskamer kan boeken. Morgen dus eindelijk weer een douche en een gelegenheid om mijn vieze kleren te wassen, mobiel op te laden, in een bed te liggen en wat je nog meer in een hotel kunt. Soms wel makkelijk zo'n hotel.
Het is intussen gaan schemeren als ik deze aantekeningen afrond. Tot mijn verrassing gaat achter mij een straatlantaarn branden. Gelukkig wordt het oranje licht gefilterd door het tussenliggende bladerdek van een eikenboom, want ik ga niet meer verhuizen. Welterusten, tot morgen.


De dagberichten zijn aaneengeregen in een totaalverslag:


Hieronder de verslagen van voorgaande jaren:

(van de Grossglockner naar Döbriach)
(van Döbriach naar Bovec Slovenie)
(van Bovec in Slovenie naar Gradisca d' Isonzo in Italie
en van
Gradisca d' Isonzo naar Muggia)

Mijn ervaringen en tips zijn beschreven in een aparte review

zaterdag 26 augustus 2023

Trektocht Alpe Adria Trail 2023: van Gradisca d'Isonzo naar Jamiano

  Dinsdag 8 augustus 2023, wandeldag 1

van Gradisca d'Isonzo naar Jamiano
8 uur inclusief pauzes, rondkijken,  ± 20 km,
± 460 m klimmen en ± 440 m dalen

temperatuur 's middags 26 graden


Dan maar buiten

Het is halfnegen s' avonds. Op een kilometer ten zuiden van Jamiano maak ik achter een stenen muurtje in een laag open bos bij een temperatuur van twintig graden liggend in mijn bivakzak deze aantekeningen. Op mijn Neonair luchtbedje ligt het comfortabel en met deze aangename temperatuur en de verwachting dat het droog blijft is het geen straf. Mijn poncho heb ik daarom niet als halve tent boven mij opgebouwd. Ook in een bivakzak gaat de routine van aantekeningen maken door. Als ik het nu niet opschrijf ben ik morgen alweer het nodige kwijt van wat ik vandaag allemaal gezien en gedaan heb.

Monte San Michele
Het begin vandaag was uitstekend. Mijn kuit voelde een stuk beter dan gisterenavond. De Voltare en de rust hebben blijkbaar geholpen. Tijdens het ontbijt zie ik aan het tafeltje naast mij een vrouw met een pleister op haar hiel. Als ik haar vraag of ze een blaar heeft krijg ik bij de bevestiging te horen dat ze ook de Alpe Adria Trail loopt. Ze is dit jaar begonnen in Cormons en is dus  nu 1 dag bezig. Ik wens haar veel loopplezier en ga mijn rugzak halen. Het gaat beginnen.
Met de oversteek van de brede Isonzo verlaat ik Gradisca. Aan de overkant vind ik wel de eerste markeringen maar ben die een kilometer later ter hoogte van de kerk van Poggio Terzarmata net zo makkelijk weer kwijt. Ik wijt dat voorlopig aan de onlogische plaatsen voor de vervolgbordjes als ik na tien minuten heen en weer lopen eindelijk de juiste weg omhoog insla.
kerktoren van Terzarmata
overgroeide restanten van loopgraven
Omhoog gaat het met grote zigzagslagen over bospaden naar mijn eerste doel voor vandaag, Monte San Michele. Al op weg er naar toe zijn ook aan de noordoost kant van de heuvel restanten van voorgelegen loopgraven te herkennen.
Dit gebied behoorde bij het begin van de Eerste Wereld Oorlog tot het Oostenrijks-Hongaarse Keizerrijk. Het is een dominerende heuveltop die diende om de stad Gorizia te beschermen tegen de Italianen. Vanuit dit natuurlijk fort bestookten de Oostenrijkers met hun artilleriekanonnen de Italiaanse troepen die vooral vanuit de zuidelijke Doberdo-vlakte aanvielen. Het lukt de Italianen ten slotte na een strijd van veertien maanden met zes offensieven om de heuvel in augustus 1916 in te nemen. Duizenden mensen aan beide zijden hebben dan het leven gelaten in de strijd om deze heuvel.
Op de heuvel zelf zijn er een soort groepsschuttersputten of mortieropstellingen en verbindende loopgraven te zien die herinneren aan de oorlogstijd. Maar het meest indrukwekkend zijn de natuurlijke kazematten die in de onderliggende rotsen zijn uitgehakt of met explosieven zijn gemaakt. Vanuit die dekking en bescherming werd met kanonnen met krombaanvuur de vijand bestreden en de eigen troepen ondersteund. Enkele informatieborden met foto's geven een idee hoe het er destijds uitzag.
Aan de noordzijde bevindt zich een herdenkingsplein met verschillende kanonnen en monumenten ter nagedachtenis aan gevallenen. Daar krijg je met het geweldige panorama ook meteen beeld bij de dominante ligging van deze heuveltop. Zelfs de Maagd Beate kerk boven Cormons waar ik vorig jaar liep is aan de andere kant van de enorme vallei te ontwaren. Vanaf de zuidzijde van de heuvel kijk je ver uit over de 'vijandelijke' Doberdo-vlakte en zie je zelfs de Adriatische Zee.
Karstlandschap
Mijn gids vertelt mij dat ik door een karstlandschap loop. Natuurlijk. Wikipedia leert me dat het bij de term karst gaat om ... alle verschijnselen die te maken hebben met de oplossing van kalksteen in water. Karst doet zich voor in streken waar kalksteen aan de oppervlakte ligt en wordt aangetast door chemische verwering ten gevolge van de zure eigenschappen van regenwater. Die zachte kalksteen in combinatie met erosie door water leidt onder andere tot uitgesleten kloven, grotten en allerlei keien en rotsen die van de berg en heuvelwanden afrollen. Ik zal er nog verschillende voorbeelden van zien. Voorlopig zie ik alleen maar witte keien en stenen die het lopen op de paden niet echt gladjes maakt.
aan de zuidkant van de Monte San Michele
 is in de verte de Adriatische Zee al te zien
Achtergebied
Afdalend van de Monte San Michele komen de eerste glimpen van de Adriatische Zee in beeld. Op de acht kilometers richting het Lago di Doberdo passeren de stille dorpjes San Martino del Carso en Marcottini. Mijn doortocht heeft niemand wakker gemaakt.
kerk van San Martino del Carso
Daartussen doorkruis ik een gebied begroeid met lage bomen en struiken. Later hoor ik dat dit kenmerkend is voor streken die vroeger beweid werden. De vele muurtjes duiden daar ook op. Het pad waarover ik vorder is omlijst door muurtjes en lijkt net als in Engeland op oude veepaden. Van de weides zijn er nog maar enkele intact. Voor mij ideale rustweides.
Je loopt van de frontlijn(en) van het oude Isonzofront weg en komt daarmee in het terrein dat militairen het achtergebied noemen, het terrein waar de ondersteuning wordt georganiseerd, veelal logistieke zaken. Overal langs de bospaden zijn nog restanten te zien van versterkte onderkomens waar destijds die werkzaamheden werden uitgevoerd en voorraden werden opgeslagen. Regelmatig geven informatieborden uitleg.
je ziet het nauwelijks maar overal onder de begroeiing langs het pad
 zijn er loopgraven. Hier zelfs een betonnen trap.
In deze nu zo rustige omgeving was er ruim honderd jaar geleden grote bedrijvigheid waarvoor ook allerlei nieuwe wegen werden aangelegd. De huidige rust heeft mijn sterke voorkeur, maar met mensen weet je het nooit als het op oorlog aankomt. De fronten in Oekraïne zijn hier vandaan nauwelijks duizend kilometer verder naar het oosten. Een afstand kleiner dan van Noord-Italië naar Nederland.
Lago di Doberdo
Snel terug naar het heden als ik aan het einde van het plateau bij de alpinistenhut Casa Cadorna al mijn attentie nodig heb bij de flinke afdaling naar Lago di Doberdo over een rulle ondergrond met hier en daar grote treden.
Lago di Doberdo gezien vanaf de Casa Cadorna
Beneden gaat het pad niet langs het water maar begint direct aan de omtrekking van het meer. Na enkele honderden meters loop ik tegen een ondergestroomd pad waar het meer door de overvloedige regen nog steeds buiten de gebruikelijke oevers is getreden. Mijn hoge wandelschoenen kunnen aardig diepe plassen aan, maar moeten hier schielijk terug om niet samen met de drager ten onder te gaan. Aan teruggaan heb ik een hekel en koppig begin ik aan een serie uitwijkmanoeuvres door ondergroei, brandnetels en andere prikplanten. Tot drie maal toe moet ik uitwijken voor water en wijken prikplanten niet uit voor mij. Mijn armen en kuiten kleuren rood van kleine wondjes en deze zelfgekozen jungletraining heeft met een litanie aan drieletterwoorden veel van zijn glans verloren.
Het bereiken van een asfaltweg klinkt niet als een overwinning maar lucht wel op. Meteen maar door om weer op hoogte te komen. Na een half uur ben ik het meer weer zoveel ontstegen dat ik bijna het niveau van het tegenoverliggende plateau bij de Casa Cadorna bereik. Tijd voor een rust tegen een niet prikkende boom.
van de wand aan de overkant kom ik vandaan, eerst maar een rust
Net als ik mijn rugzak weer omhang verschijnt op het pad de vrouw die ik vanochtend aan het ontbijt aansprak over haar blaar. Na een korte begroeting weet ik dat ze Sloveense is van geboorte maar met haar man al geruime tijd in Zwitserland woont. Ik schat haar een jaar of vijfenvijftig. Dit is haar eerste week van een sabbatical van tien weken. Deze eerste week besteedt ze aan de laatste honderd kilometer van de AAT. Daarna moet ze terug voor andere plannen. Ik dacht dat een sabbatical was om rust te nemen. Maar dat spreek ik niet uit. Ze maakt zeker geen gestreste indruk. 

Gezamenlijk lopen we richting Jamiano, mijn geplande einddoel voor vandaag. Samen lopen we ook fout, maar met mijn kaart en haar gedownloade etappe in combinatie met Google Maps brengen ons weer op het juiste pad. Als we al lopend over andere wandelondernemingen praten kom ik er achter dat ze een ruime ervaring heeft aan wandeltochten. Ook verschillende tochten die ik zelf in de loop der tijden heb gemaakt. IJsland, Mont Blanc, Noorwegen, ze heeft het gedaan. Ik loop hier met een kenner.
later op de dag
Wanneer we na vier gemeenschappelijke kilometers tegen halfvijf Jamiano bereiken en hotel Pahor gesloten blijkt scheiden onze wegen. Zij heeft vooraf in Duino via de AAT-organisatie onderdak geboekt. Ook haar overige bagage wordt daar naartoe gebracht. Ik heb geen zin om nog zeven kilometer aan de twintig toe te voegen en hoop dat Pahor om halfzes bij opening toch een plek heeft en in ieder geval de gelegenheid biedt om in het restaurant te eten. Navraag bij enkele huizen leert dat er in Jamiano geen B&B's meer zijn.

Uiteindelijk besluit ik toch niet te wachten tot Pahor open gaat en ga zonder overtuiging verder. Na een kilometer over een grindpad in een open, laag bos waar duidelijk de brandsporen van vorig jaar zijn te zien, rust ik uit op een plek die mij aanstaat. Ik bel nog naar een B&B op vijf kilometer afstand; vol. Na de rust besluit ik nog wat verder te lopen en hier een overnachtingsplek te zoeken. Dan kan ik vanavond nog teruglopen naar Jamiano om daar te eten.

Na wat wikken en wegen vind ik een geschikte plek en laat mijn rugzak uit het zicht achter. Met geld, paspoort en mijn waterzak keer ik terug naar Jamiano. Hotel Pahor is nu gelukkig wel open. Daarmee houdt het verder op, want er worden alleen maaltijden geserveerd aan gasten. Ook mijn poging If I would pretend to be a guest trekt de jongeman niet over de streep. Teleurgesteld loop ik om zes uur naar de twee andere restaurants op Google Maps. Na twee extra kilometers weet ik dat een van beide restaurants failliet is en de andere gewoon gesloten. Italiaanse horeca-mensen hebben natuurlijk ook recht op vakantie. Zeker in het hoogseizoen. 

In een ultieme poging loop ik terug naar hotel Pahor "I have two final questions; do you have a beer and could I fill my camelback?"
Of de jongeman over zijn hart strijkt kan ik niet zien, maar ik krijg een bier en kan buiten aan een kraan mijn waterzak met twee liter optoppen. Ruim na zevenen keer ik terug bij mijn rugzak. Als ik met de Sloveense was meegelopen was ik nu in Duino geweest. Met deze stimulerende gedachte wordt het nu te donker om verder te schrijven. Laat ik maar gaan slapen. Morgen weer vroeg op. Zin om te eten heb ik niet meer. Het was overall een mooie dag met op het eind een wat  schrale afloop.



De dagberichten zijn aaneengeregen in een totaalverslag:


Hieronder de verslagen van voorgaande jaren:

(van de Grossglockner naar Döbriach)
(van Döbriach naar Bovec Slovenie)
(van Bovec in Slovenie naar Gradisca d' Isonzo in Italie
en van
Gradisca d' Isonzo naar Muggia)

Mijn ervaringen en tips zijn beschreven in een aparte review