Welkom


Welkom op mijn trektochten- en wandelweblog. Na maanden van trainingswandeltochten maak ik eenmaal per jaar een trektocht. Meestal in de bergen. Het verslag daarvan zet ik op dit weblog. In 2011 heb ik er voor gekozen ook de dagwandelingen in aparte blogberichten te publiceren. Tegelijkertijd rijg ik die berichten op een afzonderlijke pagina aaneen tot een compleet verhaal. (Zie de rechter kolom). Mijn bedoelingen met deze verhalen staan te lezen in 'Over mij', hieronder in de linker kolom. Veel lees- en kijkplezier.
Groet Frans

donderdag 18 juni 2020

Wandeling N70 in het Rijk van Nijmegen

Op en neer

Zondag 14 juni 2020
14-16 kilometer
vlakbij de Nederlands-Duitse grens
Tussendoorblog
Even een tussendoorblog over een tussendoorwandeling. Als alles goed gaat en er geen tweede coronagolf komt staat dit jaar in juli en augustus de Oostenrijkse helft van de Alpe-Adria Trail te wachten. Daar waar er in andere jaren in de aanloop naar de jaarlijkse trektocht de training onder meer werd opgevoerd met twee keer twee dagen op de Vlaanderenroute zit dat er dit jaar door de coronamaatregelen niet in. Dus dan maar wat vaker trainen in Nederland. Afgelopen woensdag nog op het Eiland van Schalkwijk. Meteen de zondag daarop, Judith is toch weg voor een quiltweekend, tijd genoeg voor nog een tweede trainingsmoment.
N70?
Aangestoken door de aanprijzende verhalen op de website frankwandelt.nl en de herinneringen die ik nog had van het Grote Rivierenpad heb ik gekozen voor de wandeling N-70. Deze naam is niet afgeleid van een weg, maar herinnert aan het Natuurbeschermingsjaar 1970 toen dit pad werd ontwikkeld in het Rijk van Nijmegen. 
Nu had ik het verhaal op de website van die Frank wel gescand en een kaartje gekopieerd, maar toen ik er eenmaal rondliep was veel uitleg over de omgeving allang weer weggezeefd. Makkelijker is het als je een folder regelt bij Staatsbosbeheer of deze vanaf internet download en uitprint. Dan heb je een kaartje, een beschrijving van de route met mogelijke startplaatsen, horeca onderweg en bovendien allerlei leuke wetenswaardigheden over deze stuwwal waar het pad over loopt. (zie de link).

Wie biedt meer
Net als de vele hardlopers en trailrunners compleet met camelback ging ik voor de training. En dit keer dus niet in gezelschap van Judith of Frank. De benen gericht op constant doorlopen, maar wel met open oog voor de omgeving. De eerste korte rust nam ik pas na twaalf kilometer. Het ging ook lekker. Lekker op en neer. 
klim uit het Keteldal naar de Vossenberg
Ik vond mijn geklauter al aardig, maar die trailrunnersgroepen zijn bezig met een 'challenge' van de N70Trail: wie het eerste dit jaar vijftig keer de N70 heeft gerend. Blijkbaar is dat voor een beetje hillrunner geen echte uitdaging. Team 'Hillmannen', ja die bestaan echt, staat al voor dit weekend op zevenenveertig. Volgende jaar maar honderd keer roep ik van achter mijn computer. Dat scheidt meteen de Hillmannen van de Hilljongens. Volgens de website N70trail.nl ben je niet alleen welkom in deze Dutch Mountains, maar kun je op 6 september 2020 meedoen aan een run. Het totale aantal hoogtemeters op de veertien kilometer is volgens hun beschrijving driehonderd. Frankwandelt.nl gooit er nog een schep bovenop: vierhonderdvijftig. Wie biedt er meer? 
Trap uit het Keteldal
Keteldal, Vossenberg, Kleverberg, dal, berg, dal, berg...
Uit eigen beweging weet ik nu zeker dat er meer stijgende en dalende dan horizontale meters zijn. En dat maakt het extra mooi. Mooi als een beetje training voor in de Alpen, maar nog mooier door de on-Nederlandse omgeving met prachtige kleine glooiende weides, slingerende bospaden en zelfs twee heuse beken.
Met een start om halftien bij Hotel 't Spijker ging het direct rustig omhoog langs het Keteldal. Dan door het bos nog even naar beneden naar de wegwijzer die ik nog herken van het Grote Rivierenpad

en toen mooier op de foto zette. 
Uit de folder van Rijkswaterstaat:
De richtingaanwijzer staat al meer dan 100 jaar op deze plek en verwijst naar Duitsland en Nederland. Op de twee andere armen staat de oproep: ‘Laat vriendschap helen wat grenzen delen.’ Hier liep tot aan de grenscorrectie van 1949 de landsgrens. Er staat nog een oude grenssteen. De landsgrens ligt nu twee kilometer oostelijker.
Ja, waar heen in het Keteldal?
Daarna gaat het echt omhoog met een trap en een flink stijgend pad naar de top van de Vossenberg. Boven is het prachtig met doorkijkjes naar de weides op de flank van de berg.
Langzaam daalt het pad tot bijna aan de rand van het dorp Beek om met een scherpe bocht direct weer terug omhoog te gaan. Verschillende camelbacks zijn mij inmiddels gepasseerd.  Ze gaan me niet hard, maar wel luid hijgend voorbij. Toch zijn ze redelijk snel verdwenen. Apart. Is mijn tempo nog langzamer?
Kleine weidjes en een akker begeleiden me naar een nieuwe top, de Kleverberg.
Deze wandeling gebruikt alle hoeken van de stuwwal om over de acht bergen tot de veertien kilometer te komen. Met grote lussen gaat het hemelsbreed langzaam naar het oosten. Van de Kleverberg gaat het terug naar Beek met aan mijn rechter hand de Filosofenbeek die even verder uitmondt in het Wylerbergmeer. Voor ons wandelaars heeft waterleidingbedrijf Vitens beneden waar het pad keert een tappunt neergezet met 'water van bronwaterkwaliteit'! 

Duivelsberg
Ik ga weer omhoog naar de volgende berg, de Duivelsberg. Hijgend komen er weer vier voorbij. Je wilt bijna meerennen, maar je houdt je in. Zo confronterend. Ze staan stil voor een heuvel waar ik ze passeer en begin aan een omtrekkende ronde tussen de menshoge varens. Opeens een aftakking naar rechts. Toch maar even kijken wat er boven op die heuvel te zien is. Dus de steile trap maar op. Resultaat: niets, een open plek met enkele banken. 
Waarom een zitplek op een punt waar je niets ziet? Wel zie ik dat er honderd meter verder een tweede heuveltje is met een heus uitkijkpunt. Je kunt er mooi uitkijken richting Millingen, maar niet vandaag. Vandaag is het heiig. Weer honderd meter verder een informatiebord. Laat ik nu onbekommerd op een oud mottekasteel hebben rondgelopen. Ik lees dat de twee heuvels samen deel hebben uitgemaakt van de burcht ‘Mergelpe’ die uit het jaar 1000 dateert. Het uitkijkpunt was de zogenaamde voorburcht. Ik had al zo'n gevoel.
Uitzicht vanaf de omgeving van de Motteburcht in noordelijke richting.
De boerderij midden voor ligt net een paar honderd meter van de grens op Duits grondgebied
Even later laat ik het pannenkoekenrestaurant rechts liggen en daal af naar een glooiend weiland dat ik ook weer herken van het Grote Rivierenpad. Nog steeds mooi, zeker tegen de lichte groene akkers op de achtergrond. Snel weer wat foto's en door. 
Coronaproof passeer ik vriendelijke oudere wandelaars die ruim aan de kant gaan. Aan het eind van het weiland zeggen de palen met de groene koppen dat ik rechtsaf moet. Mijn kaart bevestigt het en op mijn telefoon beweert KPN dat ik in Duitsland ben, maar dat ik daar best mag bellen. Goh, aardig van die lui. Maar voorbarig, want ik loop exact op de grens over een mooi smal paadje. Rechts een Nederlandse wei en links een Duitse akker. Schitterend man.
Met een grote boog gaat het verder door het bos ruim om de Duivelsberg heen op weg naar de Wylerberg. Rechts van me zie ik vreemde dellen in het terrein. Staatsbosbeheer zegt dat de Romeinen dat gedaan hebben. Die krijgen overal de schuld van. Ze hebben de leem gebruikt om dakpannen van te maken.
Afkorten of door
Het pad gaat weer omhoog door het Eversbosch en daalt kort af voor een tweede passage van de Filosofenbeek. Nu over een echt bruggetje. 
Serieuzer wordt de stijging zodat je blij bent als je boven tegen de rand van het dorp Berg en Dal oploopt en teruggedrongen wordt het bos in voor een afdaling naar een wei. He, die ponies komen mij bekend voor. Ja, verdomd het klopt. Op mijn kaart zie ik nu ook dat ik anderhalf uur geleden honderd meter verder aan de overkant van deze wei liep. Je loopt hier zo weer terug naar het beginpunt. Een afkorting is hier goed mogelijk. Dat wordt dan wel een hele korte training, dus verder met de N70 zoals hij bedoeld is. 

Oriëntatie op gevoel
De volgende kilometers slingeren zich door een villawijk tussen Berg-en-Dal en Beek. Het wemelt er van de palen met groene koppen en op de gok en met een georiënteerde kaart loop ik zoveel mogelijk naar het westen. Als ik langs een groot verzorgingshuis loop herken ik de vorm van deze grote gebouwen op de kaart en weet ik weer waar ik zit. Het schiet wel lekker op als je wat van die lussen in de route mist. Ik had natuurlijk op mijn mobiel kunnen kijken, maar was daar te lui of te eigenwijs voor. 
imposante overhangende takken vlakbij Berg en Dal
Het Hengstdal
Tweede keerpunt
Bospaden brengen me weer terug naar de hoge rand van Berg en Dal aan de zuidkant van de stuwwal. Aan die kant blijft het pad een paar kilometer en brengt je via het Hengstdal naar de rand van Nijmegen. Het gezellige terras van restaurant Tante Koosje negeer ik. Wat moet ik daar in mijn eentje. Ik ken haar niet eens. Door. Het gaat nog steeds lekker. 
Op de achtergrond vaag de kerk van Persingen
Het is wel het keerpunt om weer richting oost te gaan langs de noordzijde van de stuwwal. Op naar de Boterberg met het voorspelde uitzicht richting het kleinste dorp van Nederland, Persingen. Meer mensen weten van dit uitzichtpunt. De bank is bezet. Dan maar even verder voor een rust en een lunch met uitzicht op de weides tussen de Boterberg en de Ravenberg.
Heerlijkheid
Nog twee afsluitende kilometers terug naar de auto. Maar dan wel langs en door de bekoorlijke weilanden van de Heerlijkheid Beek. Prachtig lopen in gezelschap van andere rustige wandelaars en een bejaarde hardloper die geniet van de beweging in deze mooie omgeving. Hij heeft er aanstekelijk zin in.
Ook ik voer mijn tempo iets op. De lucht betrekt op deze zwoel-vochtige dag. Een potentiële onweerslucht. Hup weer enkele trappen omhoog gevolgd door een stijging naar de top van de Ravenberg waar ik voor een laatste blik op de weide tussen de bomen kijk.  Nog een keer genieten van het uitzicht. Net liep ik daar nog beneden.
Aan de  was
Het pad daalt flink en op vijftig meter van een punt waar ik een uur geleden op weg was naar het keerpunt bij Nijmegen draait de route scherp naar het noorden. Ook een geschikte gelegenheid om de route af te korten als je alleen het westelijke deel van de N70 wil lopen.

Het laatste stuk terug naar het Dorp Beek is geen afraffelstuk. Door een mooie beukenlaan bereik ik de oversteek over de beek door het Kastanjedal. Ik heb het niet verzonnen.
Die beek was vroeger de leverancier voor het schone water van de wasserijen. Ook heeft er ooit een molen gestaan. Nu eindigt de beek met een laatste val over een schoepenrad in een vijver waar een bronzen wasvrouw al jaren op haar knieën zit en de was maar niet opschiet.
Digitale of papierennavigatie
Terugblikkend een prachtige tocht, die fysiek iets meer vraagt dan de gemiddelde wandeling in Nederland. Voor sportievelingen een gevarieerde route met genoeg mogelijkheden voor tussensprints bergop. De markering met de groene ringen op lantaarnpalen of groene koppen en ringen op houten paaltjes is prima. Bij navigatie speelt ook een persoonlijke voorkeur. Eerder op de dag zag ik mensen midden in het bos in de weer met hun telefoon. Het kan zijn dat ze de wetenswaardigheden digitaal opriepen. Maar aan het gedraai met hun toestel af te leiden waren ze meer op zoek naar de uitgang. Dat valt niet mee als je digitaal op de tast in een bos rondstapt en je mag kiezen uit drie paden in een woud, ja een woud van bomen.
Als je van Google maps of een soortgelijk programma de route download kun je je ook rond laten gidsen. Zelf vind ik zo'n zeurstem die de hele tijd commandeert waar je in het bos naar toe moet niks. Kijk gewoon naar de vele bewijzeringspalen met groene kop, vaak compleet met pijltje, controleer regelmatig op je kaart waar je bent en de route is makkelijk te volgen. Veel rustiger. Oké, soms zat ik fout en ontdekte ik tijdelijk een andere route.

zaterdag 13 juni 2020

Wandelen Rondje Schalkwijk - Het Buiten van Utrecht

Stille getuigen

Woensdag 10 juni 2020
19 kilometer
Versoepeling
Onder de naam Wandelen door het Buiten van Utrecht vond Frank een mooie route rondom Schalkwijk op de website Route.nl. Met die mooie reclamenaam 'Het Buiten van Utrecht' lokt de VVV-Kromme Rijnstreek je naar het buitengebied rondom de Kromme Rijn en laat je geloven dat Schalkwijk daar ook bij hoort. Nou geloven wij veel, dus het maakt ons niet uit, ook al ligt Schalkwijk op het gelijknamige eiland en leidt die Kromme Rijn tien kilometer verder een heel eigen leven.
Op het Eiland van Schalkwijk was het deze woensdag 10 juni tijdens de versoepeling van de coronamaatregelen al niet meer zo stil als enkele weken geleden. De VVV heeft niet gelogen, je kunt hier prima wandelen, fietsen, kanoën. En paard- en autorijden. Stille getuigen liggen op en langs de kant van de weg. Ze doen denken aan 'Meisje van 16' van Boudewijn de Groot. 
Moderne technieken
Parkeren op het terrein naast de wel erg verlaten veevoederfabriek aan de Pothuizerweg is goed mogelijk. Heeft corona hier ook toegeslagen? We zijn het niet gaan vragen en direct op stap gegaan richting het centrum van Schalkwijk. Frank was er dit keer op gebrand zich door de digitale stem van route.nl te laten leiden. Dan hoef je niet steeds je bril op te zetten om op de kaart te kijken. Dat ging een kilometer goed tot de batterij van zijn oude telefoon in een lockdown ging. Erg verstandig op zo'n leeftijd. Daarna kreeg ik de kaart die hij gelukkig had uitgeprint.
Het eerste stuk langs de lintbebouwing met de oude boerderijen is best aardig lopen. Toch maakte deze drie kilometer niet veel indruk. Toen we na afloop van de wandeling met de auto naar het centrum van Schalkwijk reden hadden we slechts een beperkt aantal déjà vu momenten. Veel beelden hadden 's ochtend het geheugen niet gehaald.
Schalkwijk vanaf het fietspad richting Amsterdam-Rijnkanaal

Het was sowieso goed dat we door de routebeschrijving tegen de klok in eerst over het minder aangename stuk van de route werden geleid. Het lintdorp Schalkwijk is niet onaantrekkelijk, maar daarna verder over asfalt via een fietspad naar het Amsterdam-Rijnkanaal en daar een paar kilometer langs verveelt niet, maar windt ook niet op. Het blijft natuurlijk nuttig om vast te stelen dat het kanaal druk bevaren wordt. Veel drukker dan de Lek stellen we twee uur later vast.
Nieuwe voedingsstoffen
Fruitteelt is niet alleen voorbehouden aan de Betuwe. Ook op het Eiland van Schalkwijk weten ze hoe dat moet. Vooral peren zijn hier populair. Dat fruitbomen ook met gier en koeienmest worden aangevuurd om veel vruchten te produceren wisten wij tot woensdag niet totdat er op de Kanaaldijk een kleine mestcolonne passeerde en in een boomgaard overging tot bevoorrading. Voorop een kleine smalle tractor met een dito mesttank en slechts vier injectoren. Daarachter een mestcontainer op wielen. Wielen die met luchtdruk hoger en lager gesteld kunnen worden en na het parkeren in de boomgaard geheel verdwenen in de container. Tot slot, als derde een mesttankwagen. Deze laatste loosde zijn lading in de lokale container.
We hebben niet gewacht op de uiteindelijke verdeling der spijzen. Daar zullen ze onze aanwijzingen zeker niet voor nodig hebben. Later die dag zagen we hoe zo'n kleine trekker zijn opwekkende inhoud tussen de smalle bomenrijen eerlijk verdeelde.

Verdronken bos
Onze eerste rust hielden we volgens plan op het punt waar je het kanaal verlaat en begint aan de doorsteek van het eiland naar de Lek. Blijkbaar gedroegen we ons daarmee overeenkomstig de inschatting van de VVV. Er stond een bank. Voor ons.
Over het Elpad vervolgden we richting de Schalkwijkse Wetering waarop we in 2012 op het ijs hadden gestaan (zie mijn blog Winter, wonder waterlinie). Nu zagen we andere inundatiegevolgen: het Verdronken Bos. Van een informatiebord lees ik: 
Het Verdronken Bos is een recreatiebos dat als waterberging is (her)ingericht. Het is bedoeld om water te kunnen bergen bij teveel neerslag. De bomen die hier stonden kunnen niet tegen een te hoge waterstand en zijn afgestorven.
Dat die bomen niet tegen zo veel water konden is goed te zien als we over vlonders onze weg vervolgen. Maar het water heeft ook voor nieuw leven gezorgd. Overal zwemmen jonge eenden, van enkele weken oud tot net uit het ei. Er wordt keurig afstand gehouden van de reiger, maar wij zijn even later verrast als we een dikke goudgele vis een halve meter boven het water uit zien  springen om een aanval te doen. Het leek op een karper terwijl je een snoek zou verwachten. De mini-eenden in opleiding wachtten niet op de uitkomst van deze analyse en stoven alle kanten op.
De rest van het Elpad varieerde de omgeving van mooie bomenrijen langs het fietspad, inventief omgebouwde hooibergen tot schilderachtige wilgenrijen.


Lek
Nog een stuk door een bos en we beklommen de Lekdijk. Eindelijk weer een echte rivier. Bovenop de dijk moet je niet teveel wandelen, want anders moet je voortdurend achterom kijken of je niet in de rug wordt aangevallen door de gemotoriseerde bewoners van deze planeet. Wij doken daarom meteen naar beneden de uiterwaarden in. 
Hier begon voor ons het mooiste stuk van de wandeling. Lekker over het strand van het totaal verlaten recreatiegebied van de Honswijkerplas. De enige recreanten vormde een groep jonge ganzen, pullen, onder leiding van een paar oppassende oudere vrouwtjes.
Na de twee plassen hielden we het nog even vol door het pas gemaaide gras op de flank van de dijk om dit een paar honderd meter voor Fort Honswijk op te geven en toch het asfalt bovenop de dijk op te zoeken.

Nieuwe Waterlinie
Van onze koude wandeling in februari 2012 over het Waterliniepad wisten we al dat het hier stikt van de oude verdedigingswerken. 
Nu herkennen we vanaf de hoge dijk het Lunet aan de Snel. Bij de naam van het lunet op Google maps lees ik een reactie van de lokale gids Johan Hoekstra:
Ooit was er een munitiemagazijn, waar ruimte was voor bijna 1000 kilo buskruit. Er waren verblijven voor 90 manschappen, hospitaalsoldaten en magazijnknechten meegerekend, opstelplaatsen voor geschut, een bomvrije kazerne. Nu is het sinds een paar jaar geleden in de oorspronkelijke staat teruggebracht: een pareltje van de Waterlinie met weidse uitzichten over de weilanden die nooit meer tot schootsvelden zullen dienen. En traag stroomt het water van de Snel tussen vee en riet.
Eikenprocessierupsen genoeg
Wij blijven op de dijk rondom het Fort Honswijk waar ik Frank wijs op de nesten van de eikenprocessierups. Hij had het nog nooit gezien en wilde dit toch wel even goed op de foto zetten. Nou nesten genoeg. In elke eik, tot aan de kleinste aan toe, zijn er een of meerdere te zien.
Ze danken hun naam niet alleen aan de eiken waarin ze opgroeien, maar vooral omdat ze 's nachts in lange rijen op zoek naar voedsel gaan. Ze vervellen verschillende keren voordat ze als nachtvlinder hun leven vervolgen. Bij de laatste vervellingen laten ze de beruchte brandharen achter. Daar hebben wij niet op gewacht.

Fort Honswijk
Vanaf de oostkant, de frontzijde, zijn we ook nog even gaan kijken op het terrein van het fort. Helaas was het gesloten en konden we alleen wat indrukken opdoen van het torenfort. Onze inschatting dat het verblijf daarbinnen niet erg geriefelijk moet zijn geweest wordt bevestigd in een informatieve voorlichtingsfilm op youtube met de geschiedenis van het fort.
Klompenpad door de uiterwaarden
Oost van het fort vervolgen we weer door de uiterwaarden. Dit keer over een klompenpad. Prachtig om afwisselend door heuphoog gras en pas gemaaide stukken onderaan de dijk onze weg te banen. De laatste kilometers naar de spoorbrug bij Culemborg kronkelt het pad echt de uiterwaarden in over de zomerdijk en wordt het een heuse zwerftocht. Mooi en rustgevend.
\
Ook hier stille getuigen van het einde van een levensloop. Het afgekloven gratenhuis langs de kant van het pad herinnert zich waarschijnlijk nog goed hoe het rustig rondzwom in de Lek tot het leven veranderde in de maaltijd van een roofvogel. Panta rhei, alles stroomt en niets blijft hetzelfde.
Paden op
Op nostalgische momenten waarin hij terugdenkt aan het gezang van zijn moeder begint Frank spontaan over paden op en lanen in te zingen. Gelukkig meestal op plekken waar geen toehoorders worden vermoed. Op de laatste kilometers terug richting Schalkwijk kreeg hij weer een aanval. De lange rijen met perenbomen leken een onverdachte plek voor deze emotionele ontlading. De oude kweker die achter de rij perenbomen tevoorschijn kwam glimlachte tolerant en keek meewarig naar deze passanten. Er komt tegenwoordig wel meer vreemd volk voorbij. Zijn het geen jankende motorrijders dan is het wel een zingend wandelfiguur. Het moet snel afgelopen zijn met dat corona. Alsjeblieft geen tweede golf.
veel stoofperen langs de Scheidingsweg

Zie al mijn wandelingen in Nederland