WAAR VLIEGEN GOED VOOR ZIJN
Vervolg maandag 20 augustus, wandeldag 5
Refuge des Cortalets – Gîte d’étape de Bantère
(6,5 uur incl rusten, ± 270m klimmen, ± 920 dalen, ± 17 km)
'Als ik nog energie genoeg heb, wil ik na de beklimming van de Canigou nog naar het oorspronkelijke dagdoel, de Gîte d’étape de Bantère.' Dat heb ik tenminste gisterenavond tegen het Deense echtpaar gezegd.
Nadat ik tegen half elf van de top van de Canigou was teruggekeerd bij de Refuge des Cortalets, heb ik de tijd genomen voor een ruime rust en het maken van notities. Verder heb ik mijn rugzak beter ingepakt, het comfort van het sanitair benut en mijn watervoorraad opgetopt. Daardoor is het al tegen twaalven als ik weer op pad ga.
Abri du Pinatell
Na een korte afdaling door het bos beland ik op een breed onverhard pad waar ook de auto's rijden die naar de Refuge gaan. Ondanks de volle zon loopt het lekker licht omdat de driehonderd meter daling naar de zogenaamde Ras del Prat Cabrera uitgesmeerd wordt over 3,5 km. Daar ga ik eerst lekker liggen in de schaduw van een boom.
Op de kaart zie ik dat de route naar de overkant van het dal gaat en daar de Abri du Pinatell passeert. Het woord abri duidt op een schuilhut, we zullen zien. Het pad blijft redelijk op hoogte door mooi via de flanken om te lopen naar de andere kant.
Daar aangekomen zie ik een vrij nieuwe, keurig ingerichte hut met buiten een picknicktafel en er is zelfs water. Ik ga eerst even languit op de picknicktafel liggen om uit te rusten, daarna inspecteer ik nieuwsgierig deze onbemande hut. Die ziet er keurig uit en is verrassend goed aangekleed. Omdat het pas drie uur is blijf ik daar niet, maar anders had ik er zeker gebruik van gemaakt. Ik ga weer naar de tafel, dit keer om te eten.
Daar aangekomen zie ik een vrij nieuwe, keurig ingerichte hut met buiten een picknicktafel en er is zelfs water. Ik ga eerst even languit op de picknicktafel liggen om uit te rusten, daarna inspecteer ik nieuwsgierig deze onbemande hut. Die ziet er keurig uit en is verrassend goed aangekleed. Omdat het pas drie uur is blijf ik daar niet, maar anders had ik er zeker gebruik van gemaakt. Ik ga weer naar de tafel, dit keer om te eten.
(Op internet kom ik er na de vakantie thuis achter dat deze onbemande hutten verzorgd worden door het Office National des Forêts (ONF), zeg maar het Franse Staatsbosbeheer. Prima geregeld.)
Maison de Forestière de l'Estagnol
Na de rust vul ik mijn waterzak en ga weer op pad. Het volgende doel dat ik van de kaart pluk is de Maison de Forestière de l'Estagnol. Een mondvol, dus ik ben benieuwd. Het pad gaat weer door voornamelijk bos over de flanken van de bergen, het zogenaamde 'Balcon du Canigou'. Onderweg betrekt de lucht, iets wat deze vakantie nog niet is voorgekomen. Er gebeurt iets heel bijzonders, het gaat regenen. Ik trek zelfs mijn regenjack aan. Tien minuten later neemt het af en loop ik weer verder.
Kort daarna zie ik verse paardenpoep op het pad. Als ik een volgende bocht passeer zie ik een huis, waar uit een van de openingen een paardenhoofd steekt. Mijn eerste gedachte is dat de bewoner net terug is van een rit te paard en zijn paard in een box heeft gezet. Een beetje domme conclusie in deze omgeving zie ik wanneer ik bij het huis aankom.
Na de rust vul ik mijn waterzak en ga weer op pad. Het volgende doel dat ik van de kaart pluk is de Maison de Forestière de l'Estagnol. Een mondvol, dus ik ben benieuwd. Het pad gaat weer door voornamelijk bos over de flanken van de bergen, het zogenaamde 'Balcon du Canigou'. Onderweg betrekt de lucht, iets wat deze vakantie nog niet is voorgekomen. Er gebeurt iets heel bijzonders, het gaat regenen. Ik trek zelfs mijn regenjack aan. Tien minuten later neemt het af en loop ik weer verder.
Kort daarna zie ik verse paardenpoep op het pad. Als ik een volgende bocht passeer zie ik een huis, waar uit een van de openingen een paardenhoofd steekt. Mijn eerste gedachte is dat de bewoner net terug is van een rit te paard en zijn paard in een box heeft gezet. Een beetje domme conclusie in deze omgeving zie ik wanneer ik bij het huis aankom.
Het paard is het enige levende wezen en heeft gewoon een deurloze kamer gekraakt, waarin het heeft staan schuilen voor de regen. De ruimte ernaast is de Spartaans ingerichte kamer voor de randonneurs. Dus ook in deze onbemande hut had ik kunnen overnachten. Maar ik heb ook om vier uur geen zin om nu al te niksen met alleen een paard als gezelschap. Dus door naar de Col de Cirère.
Noten:
- Thuis zie ik op internet dat deze hut door de ONF te koop wordt aangeboden.
- De vier laatste foto's en de foto hieronder zijn niet van mij maar heb ik later gedownload van internet van camptocamp
Ergens op het Balcon du Canigou
|
Pet
Op de kaart heb ik al gezien dat voor het bereiken van de Col de Cirère hier en daar moet worden gestegen. Dat wordt weer zweten. Halverwege krijg ik last van vliegen die de hele tijd op mijn hoofd willen drinken. Wanneer ik als tegenactie mijn kleppetje op wil zetten, merk ik tot tot mijn ontzetting en ergernis dat ik die verloren ben. Ergernis, omdat dit me al eerder is overkomen en ik er dus weer in geslaagd ben hem kwijt te raken.
Met verhoogde adrenaline van de kwaadheid hang ik snel mijn rugzak af en ga half rennend terug in de hoop dat het niet helemaal terug is naar de Maison Forestière. Na tien minuten vind ik tot mijn blijdschap dit onmisbare kledingstuk terug. Meteen snel retour naar mijn rugzak die onbeheerd is achtergebleven. Ook al ben ik weinig wandelaars tegengekomen, je weet maar nooit. Gelukkig staat hij er nog zoals ik hem achterliet.
Twintig minuten voor jan lul heen en weer gerend. De boosheid op mijzelf is nog niet over. Veel sneller dan normaal marcheer ik door, om mijn ergernis als het ware weg te lopen. Dat komt goed uit, want in de volgende vallei, de vallei waar ik naar toe moet, beginnen zich wolken samen te trekken.
Dreigend onweer gezien vanaf de Col de Cirère |
Gîte d’étape de Bantère
Bij het bereiken van de col begint het in de verte al regelmatig te donderen. Met versnelde pas begin ik direct aansluitend aan de afdaling en ga in één run door het geërodeerde en lelijke gebied van een verlaten ijzermijn. De laatste vijfhonderd meter begint het al licht te druppelen, terwijl de lucht redelijk donker begint te worden. Het onverharde pad is overgegaan in een smalle asfaltweg. Ik race door en na nog een paar slingers in de weg bereik ik eindelijk de Gîte d’étape de Bantère.
Als ik daar hijgend binnenkom, zit de Deen daar rustig aan het bier. Hij ziet mijn verhitte gezicht van de inspanning en gaat direct naar de gitebeheerder om een koud biertje voor mij te bestellen. Heerlijk, na een uur voortjakkeren even zitten en wat drinken!
Over een paar dagen het volgende verslag over het getrapte afscheid van de Denen
De dagberichten zijn in een verslag aaneengeregen in een aparte pagina GR10 2012 - Pyreneeën oost - eindpunt Bayuls sur Mer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten