Welkom


Welkom op mijn trektochten- en wandelweblog. Na maanden van trainingswandeltochten maak ik eenmaal per jaar een trektocht. Meestal in de bergen. Het verslag daarvan zet ik op dit weblog. In 2011 heb ik er voor gekozen ook de dagwandelingen in aparte blogberichten te publiceren. Tegelijkertijd rijg ik die berichten op een afzonderlijke pagina aaneen tot een compleet verhaal. (Zie de rechter kolom). Mijn bedoelingen met deze verhalen staan te lezen in 'Over mij', hieronder in de linker kolom. Veel lees- en kijkplezier.
Groet Frans

zondag 12 september 2021

Trektocht Alpe Adria Trail 2021: van Steindorf aan de Ossiacher See via de Schluchtweg naar Velden am Wörthersee

 Woensdag 28 juli, wandeldag 7

van Steindorf aan de Ossiacher See  (± 500m) via de Schluchtweg
 naar Tauernteich (± 900m), eindigend in Velden am Wörthersee (± 450m)

8,5 uur inclusief pauzes, ± 19 km, ± 630m klimmen en ± 695m dalen

Schluchtweg

Goedgekeurd

Schluchtweg
"Is dit de richting naar de Schluchtweg?" De oudere sportief geklede dame moest er even over denken? Zelf zei mijn richtingsgevoel dat ik het pad omhoog moest inslaan. De dame twijfelde en keek keurend naar mijn schoenen. "U heeft goede schoenen aan". En toen vond ze het toch wel goed om mij in de richting te sturen die ik zelf ook al wilde, rechtstreeks naar de Schlucht
Het woord 'Schluchtweg' stond op mijn kaart. Daar moest ik afslaan naar het zuiden richting Velden am Wörthersee waar ik vandaag naar toe wandel. De begeleidende tekst had ik alleen een beetje gescand. Het woord ravijn was me niet echt opgevallen. Ongelijk heeft de dame niet gehad.

Direct na het vertrek uit Steindorf loopt het pad nog dwars door het Bleistätter Moor, rechts het water van het meer en links de plassen van het moeras. Teruggegeven landbouwgebied aan de natuur waar het net als voor de drooglegging in 1930 weer een moerasgebied vormt juist voordat het riviertje de Tiebel in de Ossiacher See uitmondt. Echt mooi om te zien. Een soort Naardermeer in de bergen.
Een paar keer stop ik om te genieten van dit gebied in de ochtendzon. Ik loop verder en bereik de zuidelijke kant van het meer en kijk nog een keer terug naar het terras waar ik gisterenavond mij een Zanderfilet liet smaken. Kort daarna duikt het pad de helling op en verdwijnt tussen de bomen in de richting van het dorp Ossiach.
Met hulp van de dame leidt mijn bospad niet meer naar beneden en komt zoals op mijn kaart getekend iets hoger uit in een steeds nauwer wordende kloof. Ik wurm mij met enig geknoei op het pad dat in de kloofwand omhoog slingert.
slingerpad van de Schluchtweg
Naarmate ik hoger kom vernauwd de kloof en bij een smal beekje slaat het pad een nauwe spelonk in waar ik omhoog mag. Het is er schaduwdonker, vochtig en aardig steil met flinke opstappen. Daar waar het echt te lastig is zijn houten treden en trappen neergelegd. Hier en daar zijn er bruggetjes om naar de andere kant te komen. 
Het is ook geen kort 'schluchtje'. Halverwege neem ik de eerste rust van de dag. Het vervolg gaat minder stijgend omhoog langs het beekje dat prachtig meandert in de bovenloop. Met mijn zware rugzak heb ik er anderhalf uur over gedaan. Erg inspannend maar schitterend om te lopen.
Paardenplas
Na de top van de Schluchtweg vormt de Tauernteich een soort bekroning van je inspanningen. Een mooi glad meertje waar vissers hun geluk beproeven en fietstoeristen via andere wegen naartoe zijn geklommen. Vooral elektrische mountainbikes verrichten hier wonderen.
De Tauernteich voorbij staat de schaduw van het bos op deze hete dag garant voor ontspannen lopen op een langzaam afdalend spoor. Onderweg zie ik nog flitsen van de Ossiacher See beneden en de Gerlitzen Alpe, waar ik gisteren was, hoog op de berg aan de overkant.
Bij het verlaten van het bos stuit ik op Alpengasthof Obersakoparnig. Een mooie aanleiding voor een cola. Maar daar doen ze hier niet aan. Dan maar een radler. Alleen had ik niet op een halve liter gerekend. De eerste grote slokken zijn heerlijk koel en verfrissend. Na het lezen van een aantal berichten op nu.nl over de Olympische Spelen wordt dat koel al minder. Na nog wat lezen op mijn mobiel veranderen de kleur en de smaak langzaam naar paardenp..plas. Het laatste beetje doneer ik onder tafel aan een vriendelijk beukenboom. Die vinden dat lekker. Wegwezen en blij doorlopen met de mooie medailles van Tom Dumoulin, Annemiek van Vleuten en Anna van der Breggen.
Op naar Velden am Wörthersee
In de volle zon loop ik nu door de agrarische vallei van de dorpen Oberdorf en Köstenberg. Het wandelt makkelijk over asfalt, een aardige afwisseling met de bospaden. Links en rechts wat fotograferend vorder ik gestaag tot ik ten zuiden van Köstenberg weer door het bos wordt opgeslokt.
De AAT vindt dat je langs de ruïne van kasteel Hohenwart moet. Het is inderdaad een ruïne waar nog een paar muren van staan. Knap hoe ze dat in de twaalfde eeuw zo recht hebben kunnen maken dat het nu nog staat. Volgens de eigenaar die bezig is eenentwintigste-eeuwse bomen tussen die paar muren weg te halen zijn ze nog nooit gerestaureerd. Ik ben geen metselaar toch lijkt het cement mij van jongere datum. Maar ik geloof alles en op deze warme dag is dit verder een non-onderwerp. De sfeer is vriendelijk en ik wens hem veel succes met die moderne eigenzinnige bomen.
Dorp Oberjeserz schuift voorbij, het gaat weer over asfalt. Het volgende doel is de Saissersee. Normaal is zo'n meer op een warme dag een traktatie. Dat vinden de verschillende zonnebaders en andere zwemmers hier ook. Met een rugzak op je nek en van die grote schoenen aan kijk je wel leuk naar het water maar je gaat er niet bij liggen. Je wilt verder.
Zimmer frei?
In het dorp Kranzelhofen is er een eerste blik op de Wörthersee, prachtig azuurblauw licht het op. De oevers zijn in dit deel van het meer bebouwd met middelhoge gebouwen: hotels, residenties, gasthäuser, pensions. Velden schijnt een mondaine badplaats te zijn. Het moet een van de meest populaire vakantieplekken in Oostenrijk zijn. Voor een camping, en dan meteen een 'camping village', is pas plaats op vijf kilometer van Velden. Daar ga ik dus niet nog eens extra naar toe wandelen.
Eerst moet ik naar beneden en de autobaan A2 passeren om Velden überhaupt te bereiken. In Kranzelhofen zie ik nog een klein hotel met de vlag Zimmer frei. Niet erg verlokkelijk langs een drukke weg en ook nog ver van het centrum van Velden. Vier uur pas, negeren maar en hopen op betere kansen.

Aan het einde van deze negentien kilometer heeft de AAT na de onderdoorgang van de A2 ook nog de Teufelsgraben in de aanbieding: een diep uitgesleten beek in een kloof. Deze is makkelijk te lopen. Toch is de beleving na een dag lang wandelen niet hetzelfde als vroeg op de dag. Eigenlijk kijk ik er naar uit om op een kamer even rustig op een bed te liggen.
Teufelsgraben
De Teufelsgraben loodst me ongemerkt de stad in. Beter gezegd, een villawijk van de stad. Ik ben het een beetje zat. Bij een chique hotel kan ik de verleiding niet weerstaan en loop de lobby binnen. Echter niemand reageert op het klingelen van de bel. Misschien hangt er ergens een camera en ben ik niet chique genoeg gekleed in mijn afgeritste wandelbroek en een zak op mijn rug. Verder maar.

Voorlopig blijf ik de AAT-bordjes maar volgen en hoop ergens een Zimmer frei bord of vlag te zien. Grote mondaine hotels en borden naar het casino zie ik wel, nog maar even doorlopen. Ik vergeet foto's te maken in de drukte. 
Op goed geluk loop ik een zijstraat in en zie zowaar een Zimmer frei vlag. Snel naar toe. Bij Haus Elise kan ik drukken op de bel wat ik wil, maar er komt geen reactie. Er hangt ook een camera. Als ik in de ingang er naast de deur probeer loop ik zo naar binnen. In verschillende kamers kijk ik, ik roep nog wat, geen reactie. Verder het huis binnendringen lijkt mij richting huisvredebreuk gaan. Dan maar eens op mijn mobiel via google maps kijken naar het telefoonnummer bij dit huis. Dat hadden ze niet verwacht. Ze nemen op. "Zimmer frei vlag? Oh, ja. Ja, hij hangt te hoog om hem eraf te halen. Nee we zitten vol.". "Danke, Wiederschauen". 
Ik vraag ook nog naar een dichtsbijzijnde andere mogelijkheid: aan het eind van de straat bij hotel Kirchenwirt. Als ik daar aankom staat er het bekende bord 'Ruhetag'. Dat hoeft niet te slaan op het verhuren van kamers, dus naar binnen. "Even vragen aan mijn vrouw". "Nee we zitten vol". Het gaat goed met Oostenrijk. Ruhetag lijkt een ander woord voor 'geen zin'.

Terug naar de hoofdstraat waar ik de bediening van pizzeria Marietta aanschiet. Dat helpt, ze verwijzen me naar de honderdvijftig meter verder gelegen Toeristeninformatie waar ik net voor sluitingstijd binnenkom. Het is inmiddels vijf uur. Vriendelijk wordt ik te woord gestaan en de dame begint het ene na het andere pension te bellen; vol, vol, vol. Haar collega staat klaar om het bureau te verlaten. Tot op de valreep Villa Markus uit de bus rolt, slechts vijfhonderd meter van de Toeristeninformatie. Het wordt wel een tweepersoonskamer. De kosten van 45 euro zijn geen probleem, ik ben allang blij. Ik bedank voor de inspanning door de dame van de Toeristeninformatie en ga snel met een plattegrond op pad.

Halfzes. Villa Markus ligt aan de Markusstrasse. Ook daar een vriendelijke ontvangst. Of ik de kamer even wil bekijken? Een soort keuring. Voor dat de deur open gaat weet ik al dat ik het goed ga vinden. Geen tv, geen probleem. Goedgekeurd. Eindelijk een kamer, eindelijk douchen, Judith bellen en Maxime whatsappen. Rust. Na een overnachting op een hooizolder en in een rommelhok van een verlaten hut is dit voor mij meer dan luxe. 
Om halfzeven besluit ik naar de pizzeria te gaan die mij zo goed op weg hielp. Even bedanken. Nou daar hebben ze even geen tijd voor. De pizzeria zit van onder tot boven vol en voor de terrassen moet je op je beurt wachten. Mijn inentingsboekje heb ik net even niet bij me en mijn QR-code kunnen ze niet aflezen. Blijkbaar moet ik een code van hun inscannen. De man die mij vanmiddag te woord stond bedank ik. Hij moet even nadenken wie ik ook alweer ben. Er komt een vage grimas van herkenning. Als ik nog een keer mijn code laat zien mag ik ook binnen zitten. 
Ik heb er geen bezwaar tegen om op een verhoogde tafel in een hoek bij de bar te zitten als ik maar te drinken en te eten krijg. Voordat ik aan mijn pizza quatro stationi begin heb ik al een halve liter cola op. Sinds de Teufelsgraben heb ik niet meer gedronken. Meteen ook deze aantekeningen maken. Als de lekkere pizza niet meer bestaat mag ik een liter cola afrekenen. Of het gezond is weet ik niet, maar ik was uitgedroogd.


De dagberichten zijn aaneengeregen in totaalverslagen:

(van de Grossglockner naar Döbriach)
Verslag van de Alpe-Adria-Trail 2021 
(van Döbriach naar Bovec Slovenië)

Mijn ervaringen en tips zijn beschreven in een aparte review

1 opmerking:

  1. Wat een heerlijke verhaal weer. De Ossiachersee is jeugdsentiment voor mij, we hebben daar ook zoveel gewandeld in de bergen vroeger.

    BeantwoordenVerwijderen