Tief im Wald
13,5 kilometer van Hilter am T.W. naar Dissen am T.W.
Tiefer kan man nicht sinken
„Haben Sie viel Sturmschäden gesehen im Wald?“
Vroeg hij vanuit zijn four-wheel-drive.
„Ja, es gibt viel Schäden“ antwoordden wij. We hadden net verbaasd langs tientallen afgebroken sparren en beuken gewandeld.
„Ach, Sie kommen aus den Niederlanden. Ich kann im Moment keine Deutschen Waldarbeiter finden. Ihre Landsleute arbeiten jetzt für mich.“ En hij wees naar de bosrand aan de overkant waar zaaggeluiden te horen waren.
„Tiefer kann man nicht sinken“ riep hij lachend en plagend.
„Und dann haben wir letzte Woche mit Fußball auch noch mit zwei zu vier von Holland verloren. Alles geht slecht.“ Hij had er duidelijk schik in.
„Wir werden einander im EK-Finale treffen“ kaatste ik terug. Je moet elkaar in het leven een beetje opbeuren. Ook als je in een Duits bos loopt. Die EK-finale is natuurlijk wensdenken. Alleen de vraag is voor welk van de beide landen. Ik denk dat ik het al weet.
Wacker
Vanochtend ben ik op tijd opgestaan in Hotel Wacker. Judith liet zich minder inspireren door de naam. Daarom bracht ik voor het ontbijt de auto naar het geplande eindpunt ten noorden van Dissen. Daarna met de fiets terug.
Mijn vroege vertrek had in het hotel toch voor enige consternatie gezorgd. Judith werd kort na mijn vertrek gewekt door een van de eigenaressen van het hotel. Of ze wel wist dat de auto weg was. Misschien was het kloppen op de deur ook wel een controle geweest of er überhaupt nog iemand was. Vriendelijk werd Judith er aan herinnerd dat er inclusief ontbijt gereserveerd was. De gedekte tafel stond al een tijdje op ons te wachten. We waren de enige gasten. Een prima, keurig hotel, waar men niet meer streeft naar een volle bezetting. De aardige dames zijn ruim over de zeventig schat ik en doen het wat rustiger aan. Heel verstandig.
Natrup
De eerste kilometers gingen door het open veld en het dorpje Natrup. Daar zouden wij zo willen wonen. Lekker rustig, mooie huizen, aantrekkelijke omgeving. Bij het zien van een beschilderd luik in een oude gevel raakte Judith geboeid door het motief. Volgens haar moeten ze hier ook aan quilten doen, waarmee dit dorp hoger op de sociale rangorde komt. Voor mij bleef het een decoratief beschilderd gevelluik. Niemand te zien voor een uitleg, het is hier slaperig vredig. Hoewel, een paar honderd meter verder worden wij indringend in de gaten gehouden door een kleine alien op een muur.
Deze foto is een vergroting van de gevel. Moest erbij voor de quilters zei Judith. het is een luik en geen quilt riep ik nog. Kansloos. |
Vijfhonderd meter voorbij het dorp bereiken we de bosrand en mogen om te wennen deze nog even volgen. Om toch weer op de officiële Hermannsweg te komen moeten we ten slotte weer veertig meter omhoog het bos in. Eenmaal boven loopt het kort ontspannen op gelijke hoogte tot we weer afdalen naar de brug over de autobaan A33. Dit brengt weer afwisseling met open plekken in het bos en stukken weiland.
Ten oosten van de snelweg gaat het opnieuw flink omhoog. Allengs versmalt het pad tot een echt wandelpad waar je achter elkaar moet lopen. Hele stukken gaat het letterlijk over de kam waar je aan beide zijden naar beneden kunt kijken. Zonder dat we het echt merken passeren we de Hülsberg, raken kort de weg kwijt en komen met de hulp van Google maps weer op het goede spoor.
Een na laatste pauze
Na de Wehdeberg gaat het flink naar beneden over een smal pad op een kalkbodem. Langzaam wordt het bos opener. De zon dringt op de open plekken prachtig door de bomen.
Open plekken die ook zijn ontstaan door afgebroken bomen. Het moet hier enorm gestormd hebben waarbij hele rijtjes bomen elkaar hebben meegetrokken. Hier en daar houden half ontwortelde beuken zich nog overeind met de hulp van een soortgenoot. Een volgende storm zal de genadeklap worden. Voorlopig bieden afgezaagde stammen ons een geïmproviseerde
lunchtafel.
Bij de Noller Schlucht controleert Judith nog een verkoophutje van een wolfabriek. Op maandag gesloten. Wat jammer nou.
De Schlucht ligt aan een van de doorgaande wegen door het Teutoburger Wald. Die wegen zijn prettig voor de afwisseling en voor de oriëntatie om zeker te weten waar je zit. Maar die wegen liggen niet voor niets daar. Het zijn van oudsher de laagste plekken om gemakkelijk aan de andere kant van het woud te komen. De meeste mensen willen ook niet in het woud zijn, maar er zo snel en gemakkelijk mogelijk doorheen. Dat was vroeger al.
En nu nog raast het verkeer er snel doorheen. Voor plezierwandelaars, figuren die zo lang mogelijk het woud in de lengterichting willen volgen, betekent het daarentegen steevast inspannend dalen en daarna weer adembenemend omhoog. Sommige plezierwandelaars worden dan tijdelijk gewoon wandelaar.
Laatste pauze
Na de Noller Schlucht werken we ons voor de laatste keer naar grote hoogte en volgen een tijdje de Schollegge-kam. Driehonderd meter voor uitkijktoren Steinegge vinden we het niet erg om op aanwijzing van een van de vele richtingwijzers steil af te dalen naar het Waldhotel waar ik de auto vanochtend heb geparkeerd. Tevoren heeft Judith al op haar telefoon uitgedokterd dat er bij het Rathaus in Dissen een Eiscafé is. Dat wordt het einddoel. Niet langer te voet, maar angstwekkend snel mit dem PKW, Personenkraftwagen. Allemaal minder gezond, maar wel lekker.
Na de Noller Schlucht werken we ons voor de laatste keer naar grote hoogte en volgen een tijdje de Schollegge-kam. Driehonderd meter voor uitkijktoren Steinegge vinden we het niet erg om op aanwijzing van een van de vele richtingwijzers steil af te dalen naar het Waldhotel waar ik de auto vanochtend heb geparkeerd. Tevoren heeft Judith al op haar telefoon uitgedokterd dat er bij het Rathaus in Dissen een Eiscafé is. Dat wordt het einddoel. Niet langer te voet, maar angstwekkend snel mit dem PKW, Personenkraftwagen. Allemaal minder gezond, maar wel lekker.
de dagberichten worden samengevoegd in een totaalverslag: