Welkom


Welkom op mijn trektochten- en wandelweblog. Na maanden van trainingswandeltochten maak ik eenmaal per jaar een trektocht. Meestal in de bergen. Het verslag daarvan zet ik op dit weblog. In 2011 heb ik er voor gekozen ook de dagwandelingen in aparte blogberichten te publiceren. Tegelijkertijd rijg ik die berichten op een afzonderlijke pagina aaneen tot een compleet verhaal. (Zie de rechter kolom). Mijn bedoelingen met deze verhalen staan te lezen in 'Over mij', hieronder in de linker kolom. Veel lees- en kijkplezier.
Groet Frans

donderdag 15 augustus 2019

Trektocht Laugavegur IJsland 2019: van Emstrur via Thorsmörk naar Godaland

Maandag 15 juli, wandeldag 4
van Emstrur (465m) via camping Langidalur (240m) 
naar camping Básar (240m)
± 7 uur inclusief pauzes,
± 19 km, ± 305 m klimmen en ± 590 m dalen
Overgang over de Krossa, overgang naar een andere tocht

Overgang

Het was echt een dag van overgangen. Overgangen over en door rivieren, twee met een brug en een te voet, en de overgang van de Laugavegur-tocht naar de Fimmvörduhals-tocht. Maar de meest kenmerkende overgang van vandaag was de verandering van het landschap. Van lopen door een kaal landschap naar slingeren tussen struiken en boompjes. Halverwege waren de stuiken nog maar kleine hoopjes in de vlakte, maar na de rivier de Prönga bereikten ze een hoogte van rond de vier meter. Het einde van de etappe ging zelfs door een mini-bos.
Tussen de berg Einhyrningur en de Ljosa beek worden de boompjes gaandeweg hoger
De eerste scheur
Gisterenavond besefte ik mij ineens dat ik al bijna een week geen idee heb wat er in de wereld gebeurt. Om de batterij van mijn telefoon te sparen en te bewaren voor momenten dat je hem echt nodig hebt schakel ik hem voortdurend uit. Opladen is bij de meeste hutten onmogelijk. Geen nieuws, geen mails, slechts korte gesprekken met Judith om door te geven dat alles goed gaat. Sinds de aankomst in IJsland draait alles om het lopen van de route, het vinden van een slaapplaats, en zo nu en dan een bescheiden aanvulling van de etensvoorraad. Een vernauwde wereld van een pad langs paaltjes met een rode of een blauwe kop. Daarbij hier en daar enkele mensen die er sinds Landmannalaugar bijhoren. Een blinde vlek die voorlopig prima bevalt.
Overgang over het Krossa-stroombed richting camping Basar

De eerste scheur in dit retraite-bestaan openbaarde zich vanmiddag bij een wegwijzer in Thorsmörk met drie verschillende richtingen en campings. De Texaan stond nog te twijfelen, Het Franse verliefde stel liep net als ik door richting camping Langidalur, maar bleef daar overnachten terwijl ik verder ging. Andere bekende gezichten staan bij die camping te wachten op de terreinbus die ze terug zal brengen naar Reykjavik.
Slechts enkelen die ik eerder zag en sprak, zoals de Tsjechische kunstschilder in opleiding, mijn buurman van de afgelopen nacht, trekken door naar Camping Basar in de streek Godaland (land van de goden), aan de overkant van het grote grindbed van de rivier Krossá. Ze gaan net als ik voor een verlenging met het wandelen van de Fimmvörduhals-tocht.

Wild op pad
Vanochtend om halfzeven was ik de nacht zat. Soms was ik wakker geworden door vlagen indringende zwavellucht en dan weer door het Oekraïens gesnurk een meter naast me. Tegen halfacht gisterenavond propte hij zijn tentje nog tussen die van mij en de stille Texaan. Het werd vandaag een vroege start.
Na het verlaten van de Emstrur-bivaklocatie zag ik bij een terugblik dat enkele trekkers de ruimte beter hadden uitgebuit dan de meeste anderen. Ze hadden zelf de grenzen verlegd tot diep in het dal. Meer half wildkamperen. Wel mooier en rustiger dan mijn plek, alleen ben je voor een bezoek aan de officiële toiletten een kwartier aan het klimmen. Maar dat zal ook wel in stijl zijn aangepast tot wildplassen en andere combinaties met wild.

Diepe kloven
Deze dagtocht begon na twee kilometer met een afdaling naar een brug over de Fremri-Emstruá, een gletsjerrivier van een gletsjertong van de Mýrdalsgletsjer, die zich diep in de basaltbodem heeft ingesneden. Met een smalle brug en een paar planken op metalen palen langs de rotswand werd deze wild stromende blubberrivier overwonnen. 
De voedende gletsjer van de Fremri-Emstrua is dichtbij

overgang van de wilde gletsjerrivier
 Fremri-Emstrua

aan de overkant gaat het verder over een smal pad en een houten stellage
Terugblik op de overgang
Wat verder op mondt deze rivier uit in de Markarfljót, die daar een diepe kloof vormt. Tijdens de afdaling was de Markarfljót goed te zien. Een spectaculair beeld.
Markarfljót

Het pad komt hierna even op een vrij vlak terrein, Sandar genaamd, met uitzicht op de Markarfljót-kloofBij de omschrijving vlak moet je verschillende diepe insnijdingen in het terrein even niet meerekenen. Een kilometer verder wordt de doorgang versperd door de bergrug Langhals, die als een stenen muur oprijst en dwingt tot een klim van een meter of zeventig. Na zo'n klim is het altijd weer lekker om terug te kijken. Een soort (na)genieten van het landschap, van de inspanning, van een korte pauze en van een foto van mijzelf.


Terugblik op het gebied Sandar
De route blijft op enige afstand parallel aan de Markarfljót-canyon naar het zuidenwesten lopen. Het pad trekt om de diepe kloven Slyppugil en de Bjórgil heen. Imponerend en mooi om te zien hoe kleine beekjes die geulen hebben uitgesleten.


Aan de overkant van de Markarfljót is de Einhyrningur (eenhoorn) te zien. Dat is een rots die van de ene kant op een eenhoorn, en van de andere kant volgens sommigen op een draak lijkt. Bij die eenhoorn heb ik nog een beetje beeld, maar die draak was even weg toen ik passeerde. Zeker bij de trollen. Daar geloven de IJslanders ook in.
Einhyrningur
de eerste lage wilgenstruiken
de eerste schapen
Prönga
Langzaam verliest het pad aan hoogte en verschijnen de eerste wilgenbosjes. Een paar kilometer verder kom ik zelfs de eerste schapen op deze tocht tegen. De boompjes worden hoger.
over de Ljosa-beek
De smalle, diep uitgesneden Ljosa-beek steek ik rond halftwaalf over om weer aan de beklimming van een heuvelrug te beginnen. Boven verwacht ik de Prönga te zien. De rivier die te voet moet worden overgestoken en waar ik in de Duitse wandelgids voor gewaarschuwd ben.
Das Durchwaten des reissenden Gletscherflusses, der aus dem Myrdalsjökull entspringt, ist das grösste Hindernis auf dem Laugavegur. Der Fluss ändert nicht nur oft seinen Lauf, auch Strömung und Wassertiefe können  stark wechseln. Unter “Normalbedingungen” bereits knietief, kan der Pegel (waterhoogte) der Prönga bei ausgiebigen Niederslag oder warmen Wetter rasch in die Höhe schnellen. Die wahl einer geeigneten Furt und das Durchwaten sollten mit der nötigen Umsicht erfolgen.
Nou we gaan het beleven. Voorlopig zie ik nog niks. Pas als ik aan de afdaling van de heuvelrug bezig ben komt het brede keienstroombed in beeld. 
Het stroombed van de Prönga
Van boven kan ik al ruim van tevoren zien waar anderen oversteken en waar het pad aan de overkant weer verder gaat. Blijkbaar is er geen consensus, want honderd meter stroomopwaarts wordt ook druk overlegd. Mijn voorganger vindt de plek waar het pad min of meer naar toe leidt blijkbaar te onrustig en speurt ook stroomopwaarts verder.
Ik loop gewoon naar het water en ben niet echt onder de indruk. Nog even denk ik aan mijn lessen opgedaan tijdens de Kungsleden in Zweden: altijd een beek op het breedste punt doorwaden. Daar stroomt het doorgaans het minst snel en is hij het ondiepst. Maar doorslaggevend om meteen op het eerste de beste punt over te steken was de wetenschap dat ik hier tien minuten geleden anderen had zien oversteken. Hoe simpel kan het zijn.
De Prönga stroomde weliswaar sneller dan eerdere te doorwaden beken, maar toch veel rustiger dan verwacht. Het was goed te doen. Apart dat een jonge vrouw zich op de rug van haar vriend naar de overkant liet dragen. Hij moest nu drie keer heen en weer om ook de twee rugzakken aan de goede kant te brengen. Hoe spannend of gemakkelijk wil je het hebben. 
Einde Laugavegur
Na de Prönga en alle nevenstroompjes te hebben doorwaad volgt een klimmetje en los ik op in het bos.  Op internet lees ik dat dit een van de weinige natuurlijke bossen is op IJsland. Er groeien vooral berken. Dat hier een bos kan groeien komt doordat het gebied is omgeven door hoge bergen die het tegen kou beschutten. Bovendien ligt het bos tussen de twee grote rivieren Prönga en Krossá ingeklemd, waardoor het beschermd is tegen schapen die de vegetatie kunnen verwoesten. Deze rivieren vormen een niet te nemen hindernis voor de schapen die overal op IJsland los rondlopen.
Hoewel de totale afstand van de Emstrur-hut naar de Basar-hut negentien kilometer was liep het makkelijker dan gisteren. Het middenstuk was redelijk vlak en daar schoot het goed op.
  
Aardige klimmetjes waren er net voor de Prönga en op het stuk naar camping Langidalur. Op die laatste hoogte stopte ik even om met mijn telefoon verbinding te zoeken. Dat lukte en zo kon ik Judith de vorderingen vertellen. Omgekeerd hoor ik dat thuis de voorbereidingen op haar IJslandreis nog niet echt zijn gestart. Zoals gebruikelijk wordt het uitgesteld tot de laatste dag. Quilten heeft voorrang. Ieder heeft zijn eigen prioriteiten en eigen aanpak. Moet zo blijven.
De bewijzeringspaaltjes zijn sinds Alftavatn genummerd. Ze lopen in de richting van Thorsmörk af. Ongemerkt ga je die nummers nog bijhouden ook en ben je op weg naar paaltje nummer 1. Daar moet dan Thorsmörk zijn. Maar Thorsmörk blijkt de hele regio te zijn. Op het eindpunt stond een armzalig bord aan de rand van een onbeduidend bospad. "Met een foto neem je zelf maar afscheid van jouw Laugavegur-trektocht" is blijkbaar de gedachte. Tabee dan maar. 
een wazig einde van de Laugavegur

Door naar de Fimmvörduhals
naar camping Langidalur
Camping Langidalur
En verder gaat het weer, verder naar de dichtbijgelegen Langidalur camping. "In Thorsmörk staan meerdere hutten, een lavagrill-restaurant, een bar en een kiosk" staat er in mijn notities voor vandaag. Wat ik maanden geleden bij het maken van deze notities over het hoofd heb gezien is dat dat restaurant en die bar bij de andere camping staan, drie kilometer de tegenovergestelde kant op. Nog een geluk dat het meisje van de Langidalur camping om twee uur voor mij het winkeltje open wilde doen. De normale openingstijd liep vanaf vijf uur ’s middags en dan had ik voor de aanschaf van het ontbijt en de lunch van morgen en overmorgen lang moeten wachten. Nu heb ik voor 2000 IJslandse Kronen (ongeveer 14 Euro) een cola, drie marsen en een rol chocoladebiscuits 'mogen' kopen. 
Ik blijf op het terras van dat winkeltje een half uur rusten om op mijn gemak deze goudgerande Pepsi cola en de helft van de biscuitrol te verbrassen. Die helft van de rol diende direct als uitgestelde lunch van vandaag. Weight Watchers heb je hier alleen nodig om te controleren of je niet te veel afvalt.

Camping Basar
De Laugavegur voorbij, op naar de start van de Fimmvörduhals, de tweede wandeling van mijn 2019-IJslandtrektocht. Daarvoor trek ik door naar de Basar camping die vlakbij het begin van de Fimmvörduhals ligt. De drie kilometer tussen Langidalur en Basar gaan over een breed keienstroombed van de Krossá rivier. Die snel stromende rivier wil nog wel eens van loop veranderen en daarom hebben lokale hobbyisten een verrijdbare brug gemaakt met behulp van twee wielstellen en een frame uit een bouwkraan. Om op de keienvlakte niet te verdwalen en goed bij de brug uit te komen zijn er palen met gele koppen die je er naar toe leiden.


aan de zuidkant van de Krossa op weg naar camping Basar

De hut en de camping Basar overtreffen mijn verwachtingen en zijn de mooiste tot nu toe. Het is er niet stampvol en de plekken voor de tentjes liggen verspreid tussen de struiken. Daardoor krijgt de wind minder kans en worden de trekkers beter verspreid over het gebied. Om drie uur ’s middags is het er nog niet druk. Ik klets wat met een man uit Keulen, die twee dagen eerder de Fimmvörduhals vanuit Skogar in 1 keer heeft gelopen en vandaag daarom maar een rustdag heeft genomen om bij te komen. Daar heb ik beeld bij. De Fimmvörduhals is vijfentwintig kilometer lang en laat je vanuit Basar naar Skogar 950 meter klimmen en 1100 meter dalen. Wat ik toen nog niet wist was de zwaarte van die klim- en daalmeters. De Duitser was ondanks de regen, de sneeuwvelden en de mist wel erg enthousiast over het gepasseerde landschap.
Op een beetje pech heb je recht. Na het verslag van de Duitser stopt mijn fototoestel er spontaan mee. Lege batterij. Mijn tweede batterij ligt zu Hause. Voor ISK 500 mag mijn telefoon aan de oplader bij de receptie, dan kan ik daar morgen met enig beleid toch nog de mooiste vergezichten mee vastleggen. Omdat ik nu al aan het uitgeven was kocht ik voor nog eens ISK 500 vier minuten douchetijd. Net gek al deze faciliteiten midden in deze afgelegen wildernis. Ook maar meteen mijn tweede paar schoon ondergoed er tegenaan. Moet kunnen met nog twee wandeldagen te gaan.
Geen Fimmvörduhals?
Vandaag wordt door de receptie het lopen van de Fimmvörduhals afgeraden vanwege de weerscondities boven in de bergen. De jonge vrouw van de receptie raadt mij aan morgen tussen acht en tien terug te komen, want dan heeft ze een nieuw weerbericht en contact gehad met de hut boven op de pas. Met deze benadering had ik in mijn planning geen rekening gehouden. Maar bedenk ik ter plekke, mocht het morgen niet lukken dan kan ik de tocht nog altijd over twee dagen uitsmeren door woensdag omhoog te gaan en donderdagmorgen op tijd naar Skogar, het eindpunt, af te dalen. Dan kan ik om twee uur meteen in de bus naar Reykjavik stappen, die ik voor die dag gereserveerd heb. Ook bestaat er natuurlijk de mogelijkheid en uitdaging om het op woensdag in 1 keer te doen. Spannend, kijken wat het wordt.


De dagverslagen zijn aaneengeregen tot een totaalverslag. 
Klik voor het totaalverslag op deze link verslag trektocht of ga naar  TREKTOCHT- en WANDELVERSLAGEN in de rechter marge van deze pagina

Geen opmerkingen:

Een reactie posten