Welkom


Welkom op mijn trektochten- en wandelweblog. Na maanden van trainingswandeltochten maak ik eenmaal per jaar een trektocht. Meestal in de bergen. Het verslag daarvan zet ik op dit weblog. In 2011 heb ik er voor gekozen ook de dagwandelingen in aparte blogberichten te publiceren. Tegelijkertijd rijg ik die berichten op een afzonderlijke pagina aaneen tot een compleet verhaal. (Zie de rechter kolom). Mijn bedoelingen met deze verhalen staan te lezen in 'Over mij', hieronder in de linker kolom. Veel lees- en kijkplezier.
Groet Frans

vrijdag 9 februari 2018

Zuiderzeepad: wandelen van Hoorn naar Edam

Buitendijkse winterwandeling

Woensdag 7 februari 2018
22 kilometer

Wat is het mooi om op een zonnige winterdag direct langs de oevers van het Markermeer te wandelen. Met voldoende kleding aan en een goede muts op was het ondanks de vorst zelfs aangenaam om in de zon te lopen. Bijna niet te geloven dat het 's morgens bij vertrek nog vier graden vroor en onderweg net iets boven nul kroop. Maar de spiegelende ijskunstwerken en het laagje ijs op de ondiepe waterplassen en basaltblokken aan de oever lieten er geen twijfel over bestaan; vandaag was het echt winter. Zon, lichte vorst, schitterend aangevroren takken, onverhard dijkenpad, koog, Edam; dat waren de trefwoorden van deze wandeling.
Kunstwerk in het meer bij schouwburg Het Park
Hoorn bleef kleven
Als een hardnekkige wielrenner bleef Hoorn kleven. Tot vlak voor Edam konden we de grote witte hal van de schouwburg van Hoorn aan de oever van het Hoornse Hop zien blinken in de zon.  Zeventien kilometer lang bleef Hoorn ons zichtbaar baken totdat we eindelijk bij Edam landinwaarts liepen. De vergelijking met wielrenners is niet eens zo gek, want de hele dag zagen we op het asfalt beneden naast de dijk dik aangeklede renners van middelbare leeftijd met neopreen overschoenen en handschoenen de kou trotseren en hun kilometers maken. Wandelaars daarentegen waren schaars. Gemiste kans.
silhouet van Hoorn met links de schouwburg in de zon
Onverhard dijkpad
Meteen al vanaf Hoorn liep het pad boven op de dijk. Over het gras ging het, soms redelijk egaal, maar ook lange stukken vermoeiend over pollen en hard bevroren ondergrond. Alles heeft een positieve kant, we zakten nu niet weg in blubber of venige ondergrond in de buitendijkse passages. Tussen Hoorn en Scharwoude ligt voor het buurtschap De Hulk een mooie kleine strook buitendijks gebied waar vandaag bruine schapen hun domein hadden. Deze schapen lieten ons nog keurig met rust.
Het kleine Scharwoude hebben we niet echt bezocht, maar vanaf de dijk geïnspecteerd. Ter hoogte van dit kleine dorp liepen we op dakniveau van de kerk en zagen dat het geen kerk meer is, maar een woning met een prachtig dakterras met 'zicht op zee'. Goed gebruik van een karakteristiek gebouw, dat zo toch behouden blijft en het dorpsaanzicht blijft bepalen. Een alternatief soort vastigheid en eigen baken voor de Scharwouers.
Dat is het mooie van het lopen op de dijk, je kijk over alles heen. Je loopt, in tegenstelling tot de wielrenners beneden, in twee werelden. Aan de ene kant het land en de nog lagere polders die zich als een badkuip aftekenen en aan de andere kant zie je het eindeloze water met hier en daar een schip.
Buitendijks
Verder ging het over de IJsselmeerdijk richting Schardam. We passeerden een gedenkteken en leerden dat honderden jaren geleden dit stuk Markermeer, toen nog Zuiderzee, land was. In de dertiende eeuw liep de dijk vanaf Schardam rechtstreeks naar Hoorn. Dijkdoorbraken hebben het gat bij Hoorn laten ontstaan. De verschillende 'wielen', waterkommen achter de dijk, zijn daar nog getuigenissen van. 

Echt buitendijks waagden we ons voor de eerste keer in de Floriskoog, net noord van Schardam. Hobbelig ging het langs een lage kade met bevroren graspollen. We dachten snel af te steken en strompelden daarna over uitgetrapte koeien sporen en liepen dood op niet waargenomen sloten. Het ijs was te dun voor een eenvoudige overtocht. Ouderwets springen was nodig om de uitgang van dit gebied te vinden en tenslotte over een loopbrug de veilige dijk te bereiken. Jan Kaas op wintersafari.



Schardam bood geen gehoopte horeca. Daarvoor hadden we een zoektocht op een uitgebreid campingterrein moeten ondernemen, met dan nog de kans dat ze op woensdag in februari gesloten zijn.  Die zoektocht hebben we voorbij laten gaan en bleven op eigen water en brood ons verder vergapen aan dit Noord-Hollandse gehucht aan het water, met een eigen haventje, een eigen wapen en een eigen sluis. Waarschijnlijk is dat de dam geweest in de Schar? Of is dit onzin door cafeïnegebrek.
Wapen van Schardam bij de sluis
buitendijks jachthaventje bij Schardam
Koog
Het woord Koog kom je veel tegen in West-Friesland. We vroegen ons af wat het precies betekende. Kijkend naar de namen op onze kaart gokten we onderweg al op polder. Thuis op Wikipedia waren er nog meer betekenissen: Buitendijks, Buitendijks aangeslibd land, Ingedijkt land, Oude naam voor polder.  Wij waren er nu toch en hebben daarom verschillende varianten uitgeprobeerd. Na Schardam doken we het ondergelopen en bevroren lage buitendijkse land van de Oosterkoog in. Schitterend. Het mooiste stuk van de dag. Kijk even mee en geniet.


Het wandelpad gaat over de lage kade die het buitendijkse land scheidt van het Markermeer. Het moet hier niet hard gaan waaien anders loop je als het ware in overslaand buiswater. Nu is dat overslaande water de afgelopen dagen vastgevroren op taken en hekken. Prachtig. Hier en daar was het glad door bevroren plassen. Verder weg klonterden grote groepen koeten, eenden en een enkele gans samen rond een laatste wak. 
Warder stootram
Bij Gemaal Warder hebben Frank en ik in de zon toch een poging tot een rust gedaan. Met onze benen los over de betonnen beschoeiing gaf het een heerlijke ontspanning. Je koelt meteen ook lekker af. Het trekt zo vanaf je bovenbenen naar je ruggengraat omhoog. Opstaan maar weer voor we hier vastvriezen.
Ook het dorp Warder hebben wij slechts vanaf de dijk op architectonische waarde becommentarieerd. Er is net een nieuw zijstraatje met moderne huizen in allerlei stijlen aan het lintdorp toegevoegd. De huizen variëren van retroboerderijen tot retro hooibergen waar planken omheen getimmerd zijn. Op die manier heeft Warder naast de hoofdstraat toch al mooi drie zijstraten. Tussen die straten liggen gewoon nog drassige weilanden om de orde niet teveel te verstoren. 
de foto hebben we genomen nadat we weer achter het hek stonden
Wij zorgden wel voor verstoring van de orde en rust. Althans dat was de mening van een loslopende ram op de dijk. Met zijn dikke rammenkop meende hij toch wel recht te hebben op een eetbare gift. Bij onze terughoudenheid ging hij over tot de aanval en begon nog echt te stoten ook. Waar hij niet zo goed tegen kon was het trekken aan zijn oor om hem wat af te remmen. Het zijn net kinderen. Maar ook een man-schaap met een anti-autoritaire opvoeding moet zijn plaats weten. Dit laatste bedacht ik vooral toen ik weer aan de veilige kant van het hek stond.
Voort ging het over de dijk. Hek over, hek af. Rechts een oude stolp-boerderij met daarnaast een omgebouwde hooiberg. Er zouden in Amsterdam makkelijk tien appartementen van gemaakt kunnen worden. Links hier en daar stukken schelpenstrandjes, een aantal recreatiestroken en tenslotte de jachthaven van Edam.
mooie schelpstrandjes als bewijs van de oorspronkelijke zoute Zuiderzee
Edam
Eenmaal van de dijk af begint er in Edam weer een nieuwe wereld. Na een laatste korte blik over de jachthaven en de sluis, starten we met onze ontdekkingstocht in dit stadje. We lopen parallel aan het langgerekte kanaal naar het Centrum; dichtbij het IJsselmeer nog Oorgat geheten en halverwege naar het centrum wordt dat de Voorhaven. De oudheid van de huizen loopt naar het centrum toe op en de schilderachtigheid en fotowaarde stijgt mee. Links en rechts van deze gracht trap- klok- en andere gevels. Je komt ogen te kort en slentert al kijkend verder. 
Eenmaal op het Damplein houden we kort pauze. Het plein is niet groot, maar is omringd door het statige raadhuis, de voormalige Boterhal en een kerk. De eigenlijke dam is een soort bultrug over het water, waaronder zich de sluizen bevinden die het water afsloten. Niet verwonderlijk dat de naam van de straat veranderd in Spui. De naam Edam komt van het afsluiten van de E schat ik in. Op de kaart staat IJe, maar die loopt weer niet onder het Damplein. Lastig als je niet uit Edam komt en ze alles veranderd hebben zonder het door te geven. 
Raadhuis Edam, op de voorgrond de overkoepeling van de damsluizen
damsluizen Edam
We vervolgen over het Spui richting de Kaasmarkt. Op deze dag geen markt en daarom laten we ons direct via de routebeschrijving met een omweg naar de Grote Kerk leiden. Groot is in dit geval niet overdreven. Van ver hadden we eerder al vanaf de IJsselmeerdijk gezien dat het een bescheiden toren was met een enorm schip. Van dichtbij zien we dat het schip zelfs drie hallen breed is. Je vraagt je af hoe en waarom zo een klein stadje in het verleden zo een grote kerk nodig had. Dat gaan we de volgende keer zeker uitzoeken als we van hier starten voor de vervolgetappe. Voor dit moment is ons opnamevermogen voldoende bevredigd. Je moet niet alles in een keer willen weten. 
Reigerkolonie in een boom naast de kerk

Langs een smalle gracht slenteren we richting het busstation. Thuis zie ik op Google-maps dat die smalle gracht het riviertje de IJe is, dat door loopt richting Volendam en niet via de Edammer Voorhaven naar zee. Waar zit dan die dam in de IJe? Nu al twee vragen voor de volgende wandeling. We komen nooit meer weg uit Edam.
ophaalbrug over de IJe met op de achtergrond de Kleine Kerk met de carillontoren

De dagverslagen worden verzameld in de pagina