Welkom


Welkom op mijn trektochten- en wandelweblog. Na maanden van trainingswandeltochten maak ik eenmaal per jaar een trektocht. Meestal in de bergen. Het verslag daarvan zet ik op dit weblog. In 2011 heb ik er voor gekozen ook de dagwandelingen in aparte blogberichten te publiceren. Tegelijkertijd rijg ik die berichten op een afzonderlijke pagina aaneen tot een compleet verhaal. (Zie de rechter kolom). Mijn bedoelingen met deze verhalen staan te lezen in 'Over mij', hieronder in de linker kolom. Veel lees- en kijkplezier.
Groet Frans

maandag 16 oktober 2017

Floris V-pad; wandelen van Numansdorp via Willemstad naar Dinteloord

Windmolenland

Vrijdag 13 oktober 2017
Numansdorp-Dinteloord

West-Brabant, windmolenland
'Hoeveel denk je dat er staan?'. Frank had net een driehonderdzestig graden-telling gemaakt van alle windmolens die je tot aan de horizon kon  zien. En in West-Brabant kun je ver zien. Je loopt van de ene kale polder naar de andere en nu stonden we midden in de Sabina-Henrica Polder op de Sabinaweg. Mooie namen in een lege, tochtige omgeving. De laatste tien kilometer van de vesting Willemstad naar Dinteloord hadden we nauwelijks foto's gemaakt. Aan lege foto's valt alleen leegte af te zien. 'Nou hoeveel? 'Eenenvijftig', antwoordde Frank op geïmponeerde toon.
Hollands Diep met op de achtergrond de brug over het Volkerak
Hollandse waters en luchten
Het eerste stuk van deze wandeldag gaf daarentegen voldoende afleiding. Van Numansdorp in de Hoekse Waard naar Willemstad in 'Staats Brabant' valt er veel te zien. Door het dauwnatte gras liepen we op de kade langs de buitenhaven van Numansdorp naar de oevers van het Hollands Diep. Schitterend om daar op deze zonnige ochtend te genieten van het uitzicht over kilometers water die zich daar ontvouwen. Aan de overkant vaag afstekend in het tegenlicht de koepel van de kerk van Willemstad.  
Willemstad, je ziet het liggen, maar het is nog negen kilometer lopen om er te komen. Laag zijn de silhouetten van de binnenvaartschepen die aan de overkant in colonne voorbij trekken naar de Volkeraksluizen. Op deze afstand is daarvan slechts de brug over het Volkerak te onderkennen. Maar dat zullen we straks van dichtbij gaan bekijken. Scherp rechts, ons volgende doel, de Haringvlietbrug. 
Haringvlietbrug
De brug en de sluizen
Over de oude zeekade en door de buitendijkse gorzen is het prettig lopen richting de Haringvlietbrug. In de luwte van het bos krijg je de neiging om je trui uit te trekken, maar eenmaal op het brugtalud laat je dat wel uit je hoofd. Ook al staat er vandaag geen echt harde bries, hier op de brug komt de wind over het Haringvliet vanuit het zuidwesten flink op snelheid.
Het leuke van zo een brug is dat je er hoog over alles heen ver kunt kijken. Kijken naar schepen, en vooral zeilschepen, blijft boeien. 'Wat is die catamaran nu weer aan het doen? Waarom ligt ie met zijn kop in de wind? Hij is zeker aan het reven.' We zijn niet nieuwsgierig, maar volgen ze wel en als het te gek wordt hebben we ook nog een mening. Je wordt zo afgeleid dat de twaalfhonderd meter brug zonder erg voorbij gaan.
Eenmaal tussen de begroeiing van het Hellegatsplein is alles weg, de wind en het zicht. Dat is er waarschijnlijk de oorzaak van dat ik beweer dat we nu in Zeeland zijn. Thuis corrigeert Google maps mijn weggezakte geografische basisschoolkennis en hoort Goeree Overflakkee weer ouderwets bij Zuid-Holland. Stom, want waarom zou het Floris-V pad, vernoemd naar een graaf van Holland naar Zeeland gaan? Waarom het pad naar Brabant gaat moeten we nog uitvinden.
Pas bij de Volkeraksluizen is er weer volop reuring. Tegen de honderdvijftigduizend binnenvaartvrachtschepen passeren hier jaarlijks. Ook in onze aanwezigheid ging dat continue door. De ene na de andere sluisgang werd gevuld en even later geleegd, drie lange schepen per keer. Geen tijd voor rust, het transport naar Antwerpen en Rotterdam moet door. Je kunt er vanaf de brug of vanaf de uitkijktoren uren naar kijken. Wij niet, want wij kregen trek in koffie. Door naar Willemstad, stad vernoemd naar Willem van Oranje.

Willemstad
Als oud vestingbewoner zag ik allerlei bekende objecten; een beer (een scheidingsmuur tussen grachten), wallen, bastions en kazematten. En een terras aan de haven, vlak bij het arsenaal. Dat zijn we eerst gaan proberen. Meer dan de moeite is het waard om daarna een rondgang over de wallen te maken. Maar dan mis je weer een deel van  het stadje zelf, dus lieten we ons na twee bunkers van de wallen af lokken. 
Mauritshuis

Als lokaas diende het mooie Mauritshuis, waarin wij duidelijk een voorbeeld van Hollandse renaissance architectuur herkenden. Het kan ook zijn dat we dat net gelezen hadden in de gids. Het blijft leuk om door zo een oud stadje te slenteren en op je gemak om je heen te kijken. Over de Hofstraat ging het langs de veel benoemde koepelkerk, een blik in de dubbele Voorstraat en even verder, inderdaad, de Achterstraat met op het einde de hoge Orangemolen. Voordat je het weet sta je via de Landpoortstraat weer buiten. Jammer. 
Voorstraat
Koepelkerk
Achterstraat
Polders
Daarna doken we in een ander deel van de lokale geschiedenis, de polders. Vooral met de komst van de Oranjes, begin zeventiende eeuw, is in dit deel van Brabant een begin gemaakt met de inpoldering van allerlei stroken buitendijks gebied tussen de diverse riviertjes en kreken. Meer dan vijftig grote en kleine poldertjes zijn hier aangelegd.
Lange slagen maakten wij vandaag door Polder de Ruigenhil direct ten zuiden van Willemstad. Het tempo ging flink omhoog, want er was niets om voor stil te staan. Daarna stapten we over naar de Sabina-Henricapolder om na het overbruggen van de Dintel nog een laatste sprint te trekken door de Oude Prinslandse Polder. Elf kilometer in drie zinnen, dat zet zoden aan de dijk. Zo is het Floris V-pad snel op.
in de Sabina-Henrica Polder


De dagverslagen worden verzameld in de pagina 

Voor al mijn andere wandelingen in Nederland zie: mijn wandelingen in Nederland

2 opmerkingen:

  1. Ik houd van wandelen langs het water. Heerlijk! Wat een leuk stadje, Willemstad. Toch ook maar weer eens het Floris V pad oppakken. En inderdaad, bij sluizen kan je altijd wel blijven kijken.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Willemstad vind ik een fantastisch stadje om te eten en te lopen. Echter vind ik de haven daar altijd tegen vallen. Om boten te kijken ga ik liever naar Rotterdam. Daar hebben ze ook hele mooie havenkranen.

    BeantwoordenVerwijderen